Singapore (2011)
    
    
    Al langere tijd was ik op zoek naar een baan die me meer voldoening zou geven. Iets waarbij ik meer in beweging kan zijn en meer voor anderen kan doen in plaats van computersystemen in de lucht houden voor banken en verzekeraars. Maar zolang er nog opdrachten waren, bleef ik mijn werk doen. Sinds half juni heeft mijn werkgever echter formeel te kennen gegeven dat er voor mij geen toekomst meer bij hun was. Die dreiging hing al in de lucht doordat ik vorig jaar en begin dit jaar een paar maanden geen opdracht bij een klant had. Na bijna veertien trouwe dienst- jaren komt er een einde in zicht. Ik had geen andere keuze. Die was al voor mij gemaakt. En een gevecht met zo’n groot en commercieel bedrijf zou ik nooit hebben gewonnen. Ze maken je helemaal kapot. Het liefste zou ik een baan hebben zonder fulltime kantoorwerk, zonder veel reistijd, en als het kan in Azië wanneer ik daar een plek vind waar ik langere tijd zou willen en kunnen blijven. Die baan heb ik nog niet gevonden. Mijn werkgever heeft mij daar geen tijd meer voor gegund. Het was zelfs zo erg dat ik niet eens een verlenging van het contract bij de laatste klant kon krijgen. Het vooruitzicht om na al die stress een fulltime baan te beginnen met een koude herfst en winter in het verschiet, heeft mij op een plan gebracht om eerst voor langere tijd op reis te gaan en dit eventueel te combineren met vrijwilligerswerk en verder oriënteren op het vinden van een toekomst in Azië. Een zeer scherpe aanbieding van Lufthansa naar Singapore heeft daar- bij een zetje geholpen. Voor minder dan 500 euro scoor ik een retour- ticket waarbij ik drie maanden in Zuidoost-Azië kan blijven. Om te beginnen blijf ik een paar dagen Singapore, om van de jetlag te bekomen en te acclimatiseren. In 2006 heb ik hier met mijn vader een stopover gemaakt onderweg naar Nieuw Zeeland. De stad heeft toen een aangename en relaxte indruk gemaakt. Singapore is relatief duur, omwille het budget zal ik niet zo heel lang blijven. De tweede bestemming is Indonesië. Door de enthousiaste verhalen van mijn ouders, de koloniale historie en architectuur, is mijn interesse gewekt. Ik blijf een maand en bezoek achtereenvolgens Java, Bali en Sumatra. Vanwege de omvang van het land zal de reis uit vrij veel binnenlandse vluchten bestaan. Via budgetvliegmaatschappijen heb ik in een vroeg stadium tickets geboekt. In Yogyakarta wil ik graag het huis van fosdis.com bezoeken. Thailand is de derde bestemming. Ook hier blijf ik een maand. Ik was nooit zo gecharmeerd van dit vrij commerciële en toeristische land, dat vermoedelijk niet aan de oorspronkelijkheid van bijvoorbeeld Vietnam en Cambodja kan tippen. De eilanden en stranden in het zuiden zeggen mij erg weinig. Maar het noorden van Thailand trekt mij wel bijzonder. De steden schijnen er aangenaam te zijn en ik wil graag dorpen van bergstammen bezoeken. De temperatuur is er ook aangenamer. Eind december blijkt een drukke periode voor Thailand te zijn, dus heb ik eind augustus al alle overnachtingen geboekt. Ik blijf relatief lang in Bangkok, om goed aan de stad te kunnen wennen, de belangrijkste bezienswaardigheden te zien, en misschien is het wel de eerste en gelijk de laatste keer. De laatste bestemming is Cambodja. Dit zal mijn vierde bezoek aan het Khmer-land worden. Dit keer veel langer, namelijk ook een maand. Ik wil graag nieuwe plaatsen verkennen (Kampot, Battambang en Sihanoukville) en enkele mensen ontmoeten die ik bij de laatste reis ook heb bezocht. Eén van mijn hoofddoelen is het ondersteunen van een school in een dorp aan Tonle Sap. Januari is het droge en koelere seizoen, maar het zal in vergelijking met Nederland een warme winter worden. En dat is een mooi vooruitzicht. Stress en ellende achter me laten! Johan (1 november 2011)
    De afgelopen weken ben ik bezig geweest om een efficiëntere route in elkaar te zetten. Omdat ik meer tijd heb dan gebruikelijk, blijf ik soms wat langer ergens. Maar het is niet zo dat ik doelloos rond ga hangen, ik wil wel wat zien en de landen verkennen en culturen leren kennen. Voor mijn vertrek heb ik alle vluchten geboekt. Bij budgetmaatschap- pijen is het vaak zo, hoe eerder je boekt, des te goedkoper. Alle hotels, hostels en guest houses heb ik tot Cambodja gereserveerd. In sommige gevallen ook al betaald. Het routeschema van Cambodja staat nog niet helemaal vast omdat ik eerst zeker wil weten wanneer Weiwei daar is. Maar wat ik nu op papier heb, zal vermoedelijk weinig veranderen. Ze heeft belooft dat ze er tien dagen zal zijn. In de komende weken zal ik de hotels van mijn deel van Cambodja reserveren en zodra zij tickets heeft geboekt kan ik ook ons gezamen- lijk deel doen. Woensdag 2 november. 's Ochtends print ik alle bevestigingen van hotelreserveringen en etickets en boardingcards van de vluchten. Ik haal foto's op die ik de vorige keer in Cambodja heb gemaakt en in Nederland laat afdrukken. Die hoop ik bij de mensen te brengen die daar op staan. Dat was bij eerder reizen al een groot succes. Op de valreep koop ik nog een nieuwe elektrische tandenborstel, die in de aanbieding is en kleiner dan wat ik nu heb. Die gaat ook mee. Om kwart voor drie laat ik me door een taxi naar het station brengen. Ruim op tijd ben ik op Schiphol. Mijn koffer weegt 18,6 kilo. Samen met mijn fotorugzak moet ik daar de komende drie maanden uit leven. De vlucht naar Frankfurt duurt ongeveer veertig minuten. De landing is mooi over een verlichte stad. Het toestel komt niet aan een gate, maar parkeert ergens op een zogenaamd V-plek. Het gebouwencomplex van het vliegveld is anders dan wat ik meestal van vliegvelden gewend ben. Bij Gate C16 staat een enorme, nieuwe Airbus A380 van Lufthansa. Een dubbeldekker die in eerste instantie wel op een Zeppelin lijkt. Alles ruikt nog nieuw. Wat is dit een ruim toestel! De vleugels hebben een gigantisch oppervlak. De ramen zijn ook groter dan bij een Boeing of kleinere Airbus. Omdat er nog plekken vrij zijn, gaat de jonge vrouw van een Pools stel naast mij naar een plek in het midden (3-4-3). Zo lukt het vast beter om te slapen. De A380 blijkt ook stiller te zijn. Het stijgen gaat heel geleidelijk, met veel minder 'geweld' dan gebruikelijk. Eigenlijk een beetje jammer, want dat vind ik altijd zo mooi. Op het schermpje in de stoel voor me kan ik drie cameratandpunten kiezen. Het mooiste vind ik die op de staart. Zo heb je zicht op het toestel, en de vleugels, weliswaar niet helemaal, maar wel de vier motoren. Er is veel keuze aan muziek, maar weinig films. Ik kijk naar Bullitt met Steve McQueen. De film die bekend staat om een spectaculaire auto- achtervolging door San Francisco. Voor het slapen krijgen we nog een maaltijd. Een zeer malse kippenborst. Lekker en veel. Het is ten slotte een Duitse maatschappij. Ik luister naar muziek van U2, Kate Bush en de nieuwste cd van Lenny Kravitz. Donderdag 3 november. Aan het einde van de middag krijgen we ontbijt. Ik ben een paar keer in slaap gevallen. Oordopjes zijn in dit toestel misschien minder noodzakelijk, toch heb ik ze gebruikt. We krijgen gebakken ei met tomaatjes, spinazie en gebakken aardappel, yoghurt en een broodje met jam. Volgens mij zelfs een beetje minder dan bij de KLM. We landen boven zee, waar grote schepen varen als een armada in dezelfde richting of net tegenovergesteld. Prachtig om de landing te zien met de camera op de staart. Volgens de gezagvoerder is 27 graden. De rijen bij de douane zijn vrij lang en niet iedereen heeft het visumformuliertje goed ingevuld, daardoor duurt het wat langer. Ik had alle benodigde informatie al in het vliegtuig bij me. Na het halen van de koffer vind ik helemaal rechts een geldautomaat. Eerst maar eens 400 Singapore Dollar. De taxirij is vervolgens helemaal links. Dus met de koffer naar de andere kant van de hal. Mijn taxi heeft ruim 780.000 kilometer op de teller. Ik vraag me af hoe dat kan. Volgens de chauffeur rijdt hij gemiddeld 300 km per dag en soms ook ritten naar Kuala Lumpur. De rit van het vliegveld naar mijn hotel kost S$20. Ik heb een hotel in het ´red light district´ omdat daar de meeste budget hotels zijn. Via tripadvisor heb ik één van de meest nette gekozen: Hotel 81 Palace. De kamer is klein en eenvoudig uitgerust, maar net. En de mensen bij de receptie zijn behulpzaam. Er is ook draadloos internet op de kamer, daar krijg ik een briefje met een naam en wachtwoord voor. Ik eet op de hoek van Lorong 8 Geylang Road bij Mongkok Dim Sum. Vegetarische dumplings, mango pudding en jasmijn thee (S$ 8,20). Op de hoek van Lorong 12 zit een moslimrestaurant dat me ook wel aanstaat. Ik neem aan dat het eten hier goedkoper is dan in down town. Er komt steeds meer volk op straat wanneer de zon onder is gegaan. Geylang is ondanks de dames van plezier een gezellig buurt. Vrijdag 5 november. Het lukte afgelopen nacht niet zo goed om in slaap te vallen. Dat is dan kennelijk het nadeel van een late nachtvlucht en uiteraard ook van de stress en de drukte in mijn hoofd. Ik loop een groot deel van Geylang Road op en neer en haal brunch uit een super- markt. Aan deze doorgaande straat zitten zeer gevarieerde winkels, restaurants, KTV, pawn shops, etc. Op nummer 704 zit een Vietnamees restaurant Yummy Viet. Bij een fruit- winkel ligt een grote voorraad doerians. Daar is het nu het seizoen voor. In Lorang 24A ontdek ik mooie ´shophouses´. Dat zijn huizen met op de begane grond een winkel en daarboven een woning. De architectuur is intact gehouden. Ieder huis heeft een andere kleur. Veel zachte pastelkleuren. Dan houd ik een lange pauze op mijn kamer. Rond vijf uur neem ik een taxi voor S$7,50 naar het Raffles Hospital. Het miezert een beetje, maar de regen verdampt grotendeels voor de aarde is geraakt. Op straat raak ik aan de praat met een oudere Chinees bij de winkeltjes onder het Landmark Hotel. Hij heeft hier een massage- salonnetje. In 2006 zaten mijn vader en ik dat hotel. Hij is vriendelijk en toont interesse. Voor $25 kies ik een half uurtje massage. De dames die hij in dienst heeft komen uit Thailand. Ik ontdek een Subway onder het ziekenhuis, aan de overkant van de straat. Gezond eten. Langs het ziekenhuis loop ik naar Bugis Village aan de overkant. Een groot gebouw van twee verdiepingen met rondom veel restaurants, binnenin vaste marktstalletjes en kleine eettentjes en er zitten ook kantoortjes in. Het is druk. Na zonsondergang komt het leven hier echt op gang. Ik zie doerian pancake, die wil ik later graag proberen. Ik ga eerst eten in Arab Street bij een Marokkaans restaurant. Rundvlees gehakt- balletjes met tomaten en gele rijst. Een beetje pittig. Maar smaakt heel aardig. Er is een live traditionele Maleisische muziek in de straat. Deze wijk ziet er vrij hip uit en er zijn veel jongeren en toeristen. Dan ga ik naar Little India. De straten zijn versierd vanwege Deepavali, het Hindoe Nieuwjaar. Deze wijk is nog drukker. Er zijn een aantal winkels met prachtige kleding. Zoals Queen's Tailoring & Beauty Parlour. Ze doen ook aan Henna Art. Ik kijk uitgebreid rond in het Mustafa Center. Dat is een enorm winkelcentrum waar alles verkrijgbaar schijnt te zijn. Ik beheers me wanneer ik chocolade zie. De dvd collectie is indrukwekkend. Veel Bollywood, maar ook een goede selectie klassiekers. Mustafa is 24 uur per dag open. Ik eet nog een snack in een restaurant ernaast: thosai met een verfrissende mango lassi. In een achterafstraatje zie ik op een trap achter een traliedeur een groepje prostituees zitten. Maar zijn dat mannelijke vrouwen of mannen die er als een vrouw proberen uit te zien? Zo snel kon ik dat niet zien... In deze buurt zijn ook veel Pakistani. De mannen werken hier terwijl hun gezin - wanneer ze dat hebben - in Pakistan achter is gebleven. In een smal straatje met terrasstoelen en tafels met bier kijken mannen naar een sportzender. Ik raak in gesprek met een docente. Ze is moslim, maar niet als zodanig gekleed. Ze draagt grote oorringen. Volgens haar pend- elen veel Maleisiërs op en neer naar Singapore via een brug die de grens vormt. Alles buiten Singapore is goedkoper. Ze woont zelf ook net over de grens. Met haar moeder en zusje. De schoolvakanties zijn een week in maart, de maand juni, een week in september, een maand in november en de laatste week van december. De regering van Singapore stimuleert het leren/onderhouden van de moedertaal naast Engels. Zaterdag 5 november. Mijn ontbijt haal ik weer uit de supermarkt. Eigenlijk hetzelfde ritueel als gisteren. Onderweg is net een badkamer- winkel geopend. Er staan bloemen op straat met felicitaties voor de winkel. Ze nodigen mij uit om binnen te kijken. In de buurt van Lorong 20 staan nu al - het is nog ochtend - dames van lichte zeden op straat. Ook in de overdekte doorgang van Geylang Road bij de zogenaamde koffieterrassen. Ook een paar oudere, verlepte dames. 's Avonds staan in Geylang 12, 10 en 8 veel mooier dames. Zoals Chinese meisjes met korte rokjes en push-up bh's. En jonge Indonesische meisjes met geen of weinig make-up en casual kleding. Ik laat me door één van de mannen informeren. Hij spreekt tenminste Engels, wat de meisjes nauwelijks doen. De huizen verderop in de straten zijn volgens hem duurder. Er staan best veel meiden buiten langs de straat. En in een steegje zelfs een paar dames in Indiase kleding. Kan ook uit Pakistan of zo zijn. Opmerkelijk dat ze zoiets in Singapore toestaan. Anders dan bijvoorbeeld in China zijn er geen kledinghangers op mijn kamer, toch wil ik graag handwasjes doen zodat de meeste kleding steeds schoon blijft, dus dagelijks hangt er een shirt en onderbroek aan de kapstok. In de loop van de middag neem ik weer een taxi naar het Raffles Hospital en verken Bugis Village nu wat grondiger. Op de eerste verdieping zijn vooral heel veel marktstalletjes met kleding en accessoires, bijvoorbeeld met de naam Susan's Closeth. Een meisje verkoopt daar dan op een paar vierkante meter kleding. In Vietnam heb je ook van dit soort markten. Ik herinner me dat van Dalat. Ik raak verdwaald, maar dat geeft niks. Pas op straat zie ik weer waar ik ben. Bugis Street loopt dwars door het gebouw. Dat is eigenlijk een smalle doorgang voor voetgangers. Daar staan een paar kraampjes met verse vruchtensap voor een dollar. Ik eet ook een doerian pancake (S$ 1,5). Lekker, een beetje knapperig. Daarna verken ik de straten rond Arab Street. Aan de ene kant van de wijk heb je een grote moskee. Niet ver daar vandaan Chinese karaoke met dames in witte jurken. Aan de parkrand van de wijk meer restaurants en smalle straten met bars en hippe winkeltjes, zoals 'My Fat Lady'. Je kunt ook op een kleed gaan zitten met een water- pijp. Ik zie aardig wat mixed couples. Zondag 7 november. Weiwei heeft gemaild dat het vandaag de verjaardag is van haar huisgenote. Die gaan er samen een mooie herfstdag van maken. Hier is het volop zomer, zoals het eigenlijk het hele jaar door is. Ik neem een taxi naar Singapura Plaza. Dat is een enorme mall met een gigantische kerstboom ervoor. Binnen ook veel overdadige kerstdecoraties. Dat komt omdat er veel christelijke Chinezen in Singapore wonen. Dit winkelgebied wordt vanaf begin november opgesierd met decoratieve verlichting. Er zit een Carrefour in Singapura Plaza. Daar ontmoet ik twee Filipijnse meiden. Eén van hen moet geld overmaken naar familie. Daar is een kantoortje voor in een oudere mall verderop aan Orchard Road, waar veel meer Filipijnen zijn. Veel malls hier, allemaal enorme gebouwen. Het is druk, want zondag. Overal vrouwen uit andere Aziatische landen die hier winkelen en eten. De dames stellen voor om naar Marina Bay te gaan. We nemen de MRT. Een beetje druk, maar wel een mooie manier van transport. Vanaf het eindstation moeten we nog een paar honderd meter lopen naar een enorm nieuw gebouw aan het water: het Marina Bay Sands. Een zeer fraai ontwerp van de Israëlisch-Canadese architect Moshe Safdie. Binnen zijn exclusieve winkels. Aan het einde is een food court waar we lunchen. Gelukkig is het betaalbaar. Ik heb geroosterde eend met rijst en een kom met gember en zoete aardappel in siroop en papaja sap. Het ene meisje zorgt bij een gezin voor vier kinderen tussen zes en zeventien. Ze was al verloofd op de filippijnen, maar wilde die man niet en is gevlucht. Na een paar maanden heeft ze haar familie wel verteld waar ze was. Ze werkt nu in haar tweede huis. Een groot huis met in de kelder met een zwembad waar ze voor het slapen vaak nog even gaat zwemen. Ze heeft alleen zondags vrij en kan met de familie mee op vakantie of dan zelf naar haar geboorteland of op vakantie. Ze komt uit een gezin van vijf en is de enige die nog niet is getrouwd. Daarom voelt ze verantwoording om voor haar moeder te zorgen. Die wil ze hier graag naartoe halen. Maar het is de vraag of die dat wil. Haar vriendin werkt bij haar in de buurt en heeft een relatie gehad met een Amerikaan. Ze heeft ook twee maanden in Amerika gewoond, maar zelf de relatie beëindigd. Ze heeft een zeldzame visallergie en mag niks met vis hebben. Je mag bovenop het gebouw, maar daar moet je voor betalen. In een andere futuristisch gebouw is een tentoonstelling van Salvador Dali. Daar had ik al affiches voor gezien. We lopen via een brug naar de overkant bij een draaiend rad en zitten daar eerst in een tropisch parkje onder het park en later langs het water. Ik lees ergens dat dit het grootste draaiend rad van de wereld is. Overal waar je kunt eten is ook een gratis publieke toilet. Dat is mooi. Verderop hebben we mooi zicht op de waterspuwende Merlion aan de overkant bij het Futurama Hotel. Half leeuw-half vis. Dat heb ik in 2006 al gezien. We blijven hier zitten tot het donker is en genieten. Er zijn opvallend veel Pakistani of Indiërs die hier hun vrije dag doorbrengen. We nemen een taxi naar Singapura Plaza en eten nog wat in de food court. Ik heb noedels met gehakt. Dan neem ik afscheid van de dames en neem een taxi naar mijn hotel. Maandag 7 november. Ik koop kiwi en bananencake in de supermarkt waar ik eergisteren ook was. Verderop aan de overkant word ik uitgenodigd om beancurd (tahoe) te eten bij Rochor Beancurd House aan Geylang Road 745. Volgens de jonge vrouw die me aanspreekt is het een beroemde zaak. Ze spreekt uitstekend Engels. Het is een familiezaak die ruim vijftig jaar bestaat en ook elders in Azië vestigingen heeft. Haar broer heeft in Brisbane gestudeerd. Zij zelf in Melbourne. Ze raad me beancurd pudding met lotus aan. Een beetje waterig, maar lekker zoet en verfrissend. Ik vraag of ze getrouwd is. Ze zegt dat ze morgen gaat trouwen. Dat wil ik eerst niet geloven, maar ze toont me foto´s van haar in de trouwjurk en de kleding voor later op de dag en haar toekomstige man in zijn kostuums. Een vrolijke en vriendelijke vrouw. Volgens haar staan er ´s avonds lange rijen voor de zaak. Aan de muur hangen foto´s van beroemde Singaporezen die de zaak hebben bezocht. De kamermeisjes van mijn hotel zijn bijna allemaal mannen. Vanmiddag heb ik een dutje gedaan. Ik had een nachtmerrie. Ik werd benaderd door een man met een donkere huid, type Indiër/Pakistani. Toen ik 'm van mij afduwde deed hij met zijn vingers iets met zijn gezicht waardoor dat helemaal bebloed raakte. Ik schreeuwde: the blood is fake, the blood is fake! Aan het einde van de middag neem ik de MRT naar Woodlands. Dat is best nog een eind reizen, vooral de noord-zuidlijn is langer dan ik had gedacht. Kosten zijn S$ 3,2. Ik ga naar een restaurant met Koreaanse barbecue omdat ik trek in vlees heb. Een soort gourmetten met een hete soep waar je groenten in kunt koken, worstjes met patat, kroepoek en een saladebar, en schepijs met slagroom na. Buikje weer meer dan rond. Maleisië Woodlands is de grensverbinding met Maleisië. Een kwestie van een brug over en je bent in een ander land. Dat is te verleidelijk, dus breng ik even in een nieuw land door. Op zich had ik Maleisië niet op mijn verlanglijstje staan. Volgens mij is het zo dat wat het land te bieden heeft niet kan tippen aan landen in de buurt. Daarna neem ik een taxi naar Mount Faber. Een berg met zicht op de stad. Op de top is een monument met daarop afbeeldingen van de geschiedenis van Singapore en kunstig verlichte tegels. Een mooi plekje om de avond af te sluiten. Dinsdag 8 november. Wanneer ik rond half negen een taxi wil nemen, is het net gaan regenen. Ze zijn dus meer dan normaal bezet. De afgelopen dagen hoefde ik maar om me heen te kijken en ik kon één aanhouden. Nu sleep ik een paar keer met mijn koffer heen en weer over Geylang Road met het idee een gunstiger plek te hebben, maar ondertussen raak ik nat. Gelukkig is het warm. Uiteindelijk brengt een oudere chauffeur me voor S$19 naar het vliegveld, naar Terminal 1. Ik ben nog ruim op tijd. Dus voor niks zenuwachtig geworden. Het boarden bij AirAsia gaat vlot en de gate is ook vrij rustig. Ik heb stoel 1A en mag als één van de eersten instappen. Helemaal vooraan in een airbus met zicht op aantrekkelijke stewardessen in strakke rode pakjes. Zie voor het vervolg het verslag van Indonesië 2011. Johan (27 februari 2012)