Cambodja (2012)
Ik heb met het idee gespeeld om een paar maanden in Cambodja te blijven
en me meer op hulpverlening te richten. Maar plannen voor Indonesië en
Thailand hebben mij ook enthousiast gemaakt voor die landen.
Bij de drie vorige reizen naar Cambodja heb ik me vooral op de hoofdstad
Phnom Penh en Siem Reap gericht. Ik had destijds steeds maar een paar
dagen. Dit keer heb ik een maand en wil ik graag meer van het land ver-
kennen. Dan leer ik vanzelf meer over het land. Ik wil ook graag mijn
lokale vrienden weer ontmoeten die ik bij de vorige reizen heb leren
kennen en weer iets voor de school van Kompong Phluk doen.
Het bijzondere is dat Weiwei van 19 tot 27 januari bij me komt en we
samen een hele mooie tijd hopen te hebben. Ik zal daar alles aan doen.
Dit keer kan ik haar gids zijn.
Maandag 2 januari. Ik zit bij gate D5 op het vliegveld van Bangkok. Rond
drie uur worden formuliertjes uitgedeeld aan de passagiers voor de vlucht
naar Cambodja. Eén voor douanedeclaraties, één voor arrival/departure en
één voor het aanvragen van een visa. Dat laatste heb ik online al gedaan,
dus hoef ik niet meer in te vullen. Ik heb een printje van mijn Visa On
Arrival via de mail ontvangen en bij me.
De vlucht naar Phnom Penh, de hoofdstad van Cambodja, duurt 65 minuten.
Naast mij zit een echtpaar uit Quebec, Canada. Ik vertel dat mijn Chinese
vriendin graag naar Canada wil en Frans leert. De vrouw ziet er sportief
uit. Ze heeft onlangs de Kilimanjaro beklommen!
Phnom Penh
Ik ben één van de weinigen die direct naar de paspoortcontrole kan lopen.
Anderen moeten in de rij voor hun visa. Weer worden er vingerafdrukken en
een foto van mij gemaakt. Ik ben zo snel door de controle dat ik nog moet
wachten op mijn koffer. Richting de uitgang staat een Nederlander bij een
loketje waar simkaarten worden verkocht. Hij blijft tien dagen en is goed
te spreken over de service, dus ik wacht even tot hij klaar is en koop
bij hetzelfde loket een kaartje voor $5 met $20 beltegoed. Misschien kan
ik daar de hele maand mee toe. En misschien lukt het om met dit nummer
sms-contact te krijgen met Weiwei.
Er staat al een tuk tuk op mij te wachten. Dat is door het guest house
geregeld. Eén van de mooiste herinneringen van de vorige keer was de rit
in de tuk tuk naar het centrum. En ook dit keer week overal om me heen
een exotisch straatbeeld met families op motorbikes en tuk tuks en nog
wat auto's. Zodra ik oogcontact maak met iemand krijg ik vaak een grote
glimlach terug. Heerlijk! Wat een lieve mensen.
Mijn guesthouse zit niet ver van de Kandal Markt. De eigenaar is voor
een kwart Chinees. Ik heb een kamer zonder raam voor $15. Eigenlijk
wilde ik weer graag in het River Star Hotel bij de rivier overnachten,
maar die hebben een nieuw management en de goedkoopste kamer van $18 naar
$25 verhoogd, en nu inclusief ontbijt! Ik haal daar wel mijn avondeten.
Het restaurant is gerenoveerd en de meubels zijn vervangen.
Aan de overkant van de rivier komen ook al hoge gebouwen. Phnom Penh
verandert gestaag. Het zou jammer zijn wanneer dit oude deel van de stad
zijn charme verliest.
Naast mij aan de bar zit een Brit die al jaren in Bangkok woont en met
een Thaise getrouwd is geweest. Hij heeft eerder in Chiang Mai en ook
in Japan gewoond. Ik kan hem wat over Phnom Penh vertellen en hij heeft
inside-informatie over Bangkok. Hij vertelt over de 91 slachtoffers
van de rellen in Bangkok in de buurt van Siam Square. Ook hij vreest
voor wat er gebeurt wanneer de koning komt te overlijden.
Bangkok is een drukke stad met veel stress. In het noorden van Thailand
heb ik veel meer vriendelijke mensen ontmoet. Ze groeten iedereen daar
nog persoonlijk en de stemmen lijken zachter. Ik vertel hem dat een
Thaise vertelde dat Cambodjanen alles van Thailand kopiëren. Hij moet
schaterlachen. Volgens hem heeft een Thaise koning het Khmer als basis
gebruikt voor de Thaise taal. De Thai die naar Cambodja komen, zijn
hier volgens hem vooral om naar casino's te gaan omdat die in Thailand
verboden zijn. Net als de Chinezen.
Tim heeft zich aardig in de geschiedenis verdiept. Thai hebben een
hekel aan de Burmezen omdat die eeuwen geleden hun oude hoofdstad hebben
vernield. Hij verklaart de wrijving tussen Maleisië en Indonesië door
een korte oorlog die er in de vorige eeuw tussen de landen heeft gewoed.
Hij kent ook het verhaal van de Batavia, daar is een mooi boek over
verschenen.
Ik eet chicken sweet sour en heb een blikje cola en sprite ($3,5 en twee
keer $1). Ze hebben jong personeel bij River Star. Het meisje achter de
bar werkt halve dagen. Ze komt uit de grensstreek met Vietnam. De jongens
zijn hip, grappig en vrolijk. Ik heb al direct een band met hen.
Later krijg ik een sms van Weiwei! Het lukt dus om met dit Cambodjaanse
nummer contact te hebben. Ik heb ook contact met Ratanak. Dat is het
meisje dat ik de vorige twee keren heb ontmoet. Morgen kunnen we elkaar
ontmoeten. Ze werkt 6 dagen in de week vanaf vijf uur tot 's avonds laat
in restaurant Liquid, in Street 278.
Dinsdag 3 januari. Omdat ik een beetje laat ben, neem ik een uitgebreid
continentaal ontbijt bij Dara Reang Sey, het hotel van mijn eerste reis.
Ze hebben nieuwe tafelkleedjes en het personeel heeft andere uniformen.
Maar ze glimlachen nog hetzelfde. En het eten is uitstekend. Ik heb twee
broodjes met jam, een bananenpannenkoek, gemengde vruchtenshake en thee
voor $4. De tuk tuk die naast het hotel staat is nog dezelfde. Hij
herkent mij niet meer. Ik vertel hem dat ik de negentiende mijn vriendin
van het vliegveld wil halen. Dat wil hij wel doen. Hij komt net als
Ratanak uit Takeo. Hij lijkt een beetje zwaarder geworden. Wanneer ik
daar iets over zeg, moet hij lachen.
Daarna loop ik over de Kandal markt. Een gezellige markt met smalle
doorgangen waar alles te koop is. Om twaalf uur ben ik bij mijn guest
house. Even later komt Ratanak op nog dezelfde motorbike. We zijn blij
om elkaar weer te zien. Ze draagt nu meer een bril, want ze had vaak
hoofdpijn. Maar ze heeft nu problemen met haar neus waardoor ze weer
hoofdpijn heeft, maar vandaag bij uitzondering niet.
We eten bij Royal Guesthouse om de hoek. Dat is een guesthouse met een
bar en restaurant ernaast. En een uitgebreide menukaart. Het meisje dat
ons bedient herkent Ratanak. Ze hebben samen op school gezeten!
Ik bestel rijst met vis en groenten. Nak heeft garnalen in plaats van
vis. De porties zijn royaal. Samen met elk een blikje sprite en een
flesje water betaal ik $7,25.
Ratanak vertelt. Ze heeft een Franse vriend. Hij is hier in 2011 een
half jaar geweest en komt vanaf maart weer. Hiervoor had hij ook een
Cambodjaanse vriendin. Ze hebben wat strubbelingen gehad omdat hij
kennelijk nog niet helemaal los was van de vorige vriendin. Ze heeft
goed en slecht nieuws. Het goede nieuws is dat ze in oktober is afge-
studeerd. Ze heeft nu een bachelor opleiding hotel management.
Het slechte nieuws is dat haar vader eind juni op zeventig jarige
leeftijd is overleden. Ze heeft de behoefte om mij aan te raken.
Normaal doen Cambodjanen dat volgens mij niet zo snel bij de andere
sekse, terwijl meiden en jongens wel veel op elkaar omhangen.
Haar zus en haar Britse echtgenoot gaan vanaf volgende maand een half
jaar in Engeland wonen. Zij woont bij hen in en gaat op het huis
passen.
Rond drie uur nemen we afscheid. We spreken af dat we minimaal weer
gaan lunchen wanneer Weiwei hier is. Daarna loop ik naar Monument
Books aan de grote doorgaande straat bij het independence monument.
Mijn doel is de vertaling van een boek van Gea Weijers. Ik heb de
Nederlandse versie, maar wil graag de Engelse versie voor Weiwei
kopen. Dat lukt! Ze hebben nog genoeg op voorraad ($12). Er ligt een
stapel midden vooraan. Ze is hier van augustus tot en met november
geweest en heeft op haar blog over de presentatie van de Engels
editie geschreven, die is verschenen onder de titel `Swimming in
Uncharted Waters ´. Zo was ik op de hoogte. 's Avonds eet ik weer
bij River Star. Nu een Caesar Salad, cola en mango shake ($3,5 + 1
+ 1,75).
Woensdag 4 januari. Ik neem weer het uitgebreide continentale ontbijt
bij hotel Dara Reang Sey. Aan de tafel naast mij zit een welgestelde
familie, of vrienden van elkaar. Naast hen zit een schoenenpoetser
op de vloer. Een jonge vent. Gedurende het ontbijt komen diverse
verkopers langs hun tafel. Eerst een vrouw die sokken verkoopt.
Dan een jonge vrouw met pinda's. En ze hebben allemaal succes.
Daarna breng ik een foto van de vorige reis bij een meisje van een
wisselkantoortje tegenover de oude markt. Haar moeder is er ook.
Ik maak direct een foto van haar met de vorige foto en beloof deze ook
te brengen. Daarna ga ik zoals gisteren beloofd naar de markt om mijn
haar te laten knippen. Ik moet even wachten tot de kapster komt die
heren doet. Ik sprak gisteren met de eigenaresse van dit kapsalonnetje.
Ze bleek aardig Engels te spreken. Ze wast mijn haar na afloop zelf en
masseert daarbij mij hoofd. Het kost slechts $2 Ik geef de kapster 2000
riel fooi, dat is een halve dollar.
Ik lunch bij River Star. De Brit van de eerste avond is er ook weer en
bedankt me voor de tips die ik hem heb gegeven. Hij adviseert een maal-
tijd, maar ik heb uitgebreid ontbijt gehad en neem alleen een gebakken
ei met patat, een pot thee en een sprite (2,75 + 1 + 1). Tot bijna drie
uur blijf ik zitten. Intussen komen er nieuwe gasten. Ik rust tot vijf
uur op mijn kamer en koop dan broodjes bij ABC Bakery in Street 13 en
loop via een zeer levendige Kandal markt naar de rivierboulevard.
Langzaam loop ik richting het zuiden. Dit is één van de mooiste plekken
van Phnom Penh. Je hebt geen last van verkeer (wel een beetje lastig
oversteken) en het is hier vanaf het einde van de middag, wanneer de
zon achter de gebouwen verdwijnt, heerlijk vertoeven. Straatverkopers
komen langs om snacks, chips en drinken tot gehele maaltijden uit pan-
nen aan bamboestokken aan te bieden.
Ik loop naar het Pencil warenhuis, waar veel modebewuste meiden rond-
lopen. Ik was op zoek naar een T-shirt met Hello Kitty, maar vind er
geen. Dan loop ik door naar het independence monument, vlak daarachter
is Street 278 waar de bar/restaurant zit waar Ratanak werkt. Ik was
nieuwsgierig. Toevallig krijg ik net een sms van haar wanneer ik er
bijna ben.
Ze maakt een lemon juice voor mij, zoals ze in het verleden deed. Ik
maak kennis met haar collega's. De eigenaar is een Canadees.
De inrichting is zeer strak. Achterin staat een pooltafel. Er komen
aardig wat gasten, maar de meesten blijven maar kort. Ik wil nog wat
op mijn computer werken, dus neem ik afscheid. Ratanak wil morgen wel
een uitstapje met me doen. Ze zal nadenken over wat. Ik loop langs het
paleis naar de rivierboulevard. Daar spreek ik met een jonge vent die
me wijst op de boten langs de kade. Ze zijn aan het nachtvissen. Hij
komt uit Siem Reap en heeft een korte vakantie.
Donderdag 5 januari. Ik haal broodjes bij ABC Bakery en eet die onder-
weg naar het River Star Hotel op. Daar bestel ik een pot thee. Die is
slechts $1 en even duur als een kop thee.
Ik praat met Sophorn, het meisje achter de bar dat eerder al vertelde
dat ze vanmiddag naar de trouwerij van vrienden ging. Ze werkt hard en
doet administratie - op papier - van de bestellingen van het drinken.
Dat wordt in een logboek bijgehouden. Ik vraag waarom ze dat niet met
een computer doen. Die moet ik dan voor haar kopen is haar antwoord.
We kunnen goed met elkaar opschieten, maar het lukt me maar niet om een
goede foto van haar te maken. Ze ontwijkt vaak oogcontact: "When you
take one more photo, I will charge you five dollar!", zegt ze met een
ironische glimlach.
De jonge vent die naast me aan de bar komt zitten blijkt haar motorbike
chauffeur te zijn. Ze laat een rode envelop zien die ze aan het bruid-
spaar geeft. Ik zou het feest best willen meemaken, maar heb voor morgen
al een bus naar Siem Reap besteld. Op zich zou ik die kunnen annuleren,
maar wat me meer tegenstaat is dat de plaats van het feest op anderhalf
uur rijden is. Wanneer het in Phnom Penh zelf was geweest, dan zou ik
zeker interesse hebben gehad.
Dan zie ik een meisje met zonnebrillen op straat staan. Een rond hoofd-
je met een mooie glimlach. Die herken ik! Bij de vorige reis heb ik met
haar gesproken. Ze deed dit werk toen ook al. De bak met zonnebrillen
is best zwaar. Ze heet Xuan en komt uit het noorden van Vietnam.
Ze haalt me over om voor twee en een halve dollar een behoorlijk goede
zonnebril te kopen.
Wanneer Sophorn weg is, besluit ik om bij de Brit uit Bangkok aan tafel
te gaan zitten. Dat vindt hij prima. Hij bedankt me nogmaals voor de
tips die ik de eerste avond heb gegeven. Tijdens het gesprek krijg ik
telefoon van Saerey. Ze wil een bevestiging van wanneer ik in Siem Reap
kom. Daarnaast moppert ze weer veel. Ze is net in Vietnam geweest voor
een operatie aan haar rug en moet binnenkort weer want haar rug is nog
niet in orde. Dit weekend gaat ze naar Bangkok om een Franse vriendin
op te halen, waarmee ze naar Sihanoukville gaat. Ze heeft dus weinig
tijd om mij te ontmoeten.
Vrijdag 6 januari. De wekker gaat al om kwart voor zeven. Ik douche en
haal broodjes bij ABC Bakery en drinken bij Smile supermarkt aan de over-
zijde aan Street 13. Na dit ontbijt betaal ik de kamer. Het busje naar
Siem Reap staat al klaar. Er stond 8.15 op het papiertje, het is nog
maar 8.05. Ik ben de eerste passagier. Daarna komt een Nederlander uit
een hotel om de hoek. Die staat er op dat hij de stoel krijgt die ik al
toegewezen had gekregen. Volgens het plattegrondje had hij daar recht
op, zegt hij. Zijn blonde dochter zwaait hem uit. Je hoort niet zo'n
agressieve toon te voeren tegen Aziaten, maar ik zeg er maar niks van
en glimlach naar het meisje dat de kaartjes in ontvangst neemt en ga
zonder een woord een stoel naar achteren. In totaal kunnen er 13 pas-
sagiers mee.
De rit lijkt een kopie op die van november 2011. Drukke stukken met van
alles op de weg, van buffels, tot hooikarren en veel schoolkinderen op
fietsen. De weg verkeert in een minder goede conditie. Sommige stukken
worden vervangen. Het landschap is boeiend. Overal is wel wat te zien.
Een paar steden. Met markten. En vaak huizen op palen.
Na bijna drie uur rijden, pauzeren we een half uur bij een restaurant
in Kompong Thom. Ik maak alleen gebruik van het toilet. Ernaast is een
plein met veel schaduw van lage bomen. Ik geef een blauwe ballon aan
een jochie. Een medepassagiere vertaalt wat de moeder zegt. Ze is van
plan om het kindje ter adoptie aan te bieden, want ze kan niet goed
voor hem zorgen. Ze is vierentwintig. De passagiere is een slimme meid
die heel goed Engels spreekt. Ik vertel dat ik voor de vierde keer in
haar land ben en de mensen mooi vind. Ze glimlachen zo makkelijk.
Siem Reap
Rond kwart over één arriveer ik in Siem Reap. Er staan al tuk tuks klaar
voor het laatste stukje. Ik stem snel in met $2 voor de rit naar mijn
hotel. Ze kunnen me niet bedriegen, want ik heb inmiddels ervaring.
De jonge chauffeur spreekt goed Engels.
Uiteraard wil hij voor de komende dagen zijn diensten aanbieden. Ik neem
zijn kaartje met telefoonnummer in ontvangst.
Ik heb een ruime kamer op de vierde verdieping. Nog beter dan de vorige
. Al snel loop ik naar het centrum. Bij mijn favoriete massagesalon hoor
ik dat mijn favoriete massagemeisje in haar geboorteplaats woont en een
zoon heeft. Ze is nota bene met een Nederlander getrouwd! Daarna loop
ik naar door de oude markt . Die is groter dan ik me kan herinneren.
Ik blijf aan de andere kant even staan wanneer ik ter hoogte van restau-
rant The Only One ben. Binnen een minuut heeft het kleintje mij gespot.
Ze lacht en wijst naar me.
Uiteraard neem ik een tafel op het terrasje. Het management is weer
veranderd. Ze hebben een deel van een zijmuur verwijderd waardoor het
groter lijkt. Er zijn meer veranderingen. De zus van Saerey is niet meer
kok. Ze wilde hier niet meer werken en is zwanger. Own, het kleintje,
belt Saerey om te zeggen dat ik er ben. Even later komt die tot mijn
verbazing mét de vroegere kok. Ze heeft ruzie gehad met Thom Thom, haar
trouwe en slaafse vriendin. Die is vier maanden geleden naar Phnom Penh
gegaan. De oude kokkin vervult nu haar rol. Volgens Saerey zorgde Thom
Thom niet goed voor haar zon. Charley is inmiddels veertien. Pierre
heeft haar een auto op haar verjaardag gegeven.
Sommige dingen blijven vreemd. Ze zegt nu dat ze niet met Pierre is
getrouwd. Terwijl ze de vorige keer zeiden dat ze in de zomer van 2010
met hem getrouwd was. En ze kan me niet overtuigen waarom ze in
Vietnam naar het ziekenhuis gaat. Ze gaat met de bus naar Ho Chi Minh
City en met het vliegtuig terug. Daar lacht ze bij. Verder kijkt ze
vooral zuur. Naar Bangkok neemt ze nota bene een taxi! Ze heeft weinig
tijd, dus nemen we afscheid. Ik loop over de markt. En daarna door
naar Bloom Bags. Helaas is het personeel daar ook veranderd. Ik heb
foto´s mee van de vorige reis, maar de meiden op de foto´s werken hier
niet meer.
Even verderop ontmoet ik de jonge vrouw weer die ook in de Ford Transit
zat. Ze is eigenares van de boekwinkel D´s Books. Daar zijn ook twee
vestigingen van in Phnom Penh (Street 178 en 240), zegt ze. Ze was
eerst werknemer. Toen de vorige eigenaar de zaken te koop zette, heeft
ze de kans gegrepen om de boel over te nemen.
Ik vraag haar of ze een rijke Cambodjaan is. Volgens haar zijn er arme
en rijke landgenoten, maar zichzelf schaart ze onder ´average´. Ze komt
hier een paar dagen om te kijken hoe het loopt.
Haar Engels is uitstekend. Ze is onlangs met een Schot getrouwd.
Ik vertel haar van het boek van Gea Weijers. Dat kent ze nog niet. Ik
beloof dat ik later de titel van het boek zal geven. Ze nodigt me uit
om te dineren, vandaag of één van de komende dagen. Misschien, zeg ik.
Ik beloof in iedere geval een keer langs te komen in de vestigingen
in Phnom Penh.
Ik ben vrij vroeg op mijn kamer en blijf daar ook de rest van de avond.
Om te rusten en op mijn computer te werken. En uiteraard om met Weiwei
te skypen. Ze heeft een feestje gehad van haar werk en laat een foto
zien van het personeel van haar afdeling. Eerder deze week was ze pes-
simistisch, maar nu is ze weer wat vrolijker. Ik laat haar via de
camera van mijn netbook mijn kamer zien. Ik zal om dezelfde kamer
vragen wanneer zij hier bij me is. We hebben het over mijn buikje, in
het Chinees ´dupi´. Ik kom tot de conclusie: `once you have a dupi,
you always have a dupi´.
Zaterdag 7 januari. Het ontbijt is net als de vorige keer: een beetje
een rommelige service door een jonge man en dan krijg je een pot
groene thee, toast met boter en jam en een schaaltje fruit. Aan de
tafel naast mij zit een vent van circa vijftig die mij al goedemorgen
had gewenst. Tegenover hem zit een niet zo jonge Aziatische vrouw.
Hij vraagt: Where do you come from.
From Holland, zeg ik.
Hij ook, maar zijn Nederlands heeft een zeer bekend accent. Hij wil
weten waar uit Holland?
Wanneer ik Friesland zeg en daarna mijn geboorteplaats, blijkt hij
uit Ferwerd te komen. Vanaf nu kunnen we Fries praten. Hij woont de
helft van het jaar in Noorwegen en werkt daar als slachter. De rest
van het jaar brengt hij meestal in Azië door en doet dan wat handel.
Eerder heeft hij lange tijd in Nieuw Zeeland gewoond.
Tjeerd is zijn naam. Een no-nonsense man en rasoptimist.
Zijn Thaise vriendin spreekt niet zo goed Engels. Ze heeft al een
dochter van 26.
De jonge serveerder spreekt mij aan. Zijn Zuid-Afrikaanse vriend uit
London komt. Hij wil graag weten hoe hij kan uitvinden wanneer de
vluchten vanuit Londen op Siem Reap aankomen. Ik zeg hem dat hij om
het vluchtnummer moet vragen. Hij logt een verdieping lager aan op
zijn laptop in een voorruimte en toont zijn contact op Facebook.
De tekst is puur op een relatie gericht, met woorden zoals kiss.
Eigenlijk wil ik dat soort dingen niet lezen, maar hij vertrouwt mij
volkomen. Hij loopt zelfs terug naar het dakterras op de vijfde om
zijn werk te doen terwijl ik voor hem het adres met vluchttijden
opzoek.
Daarna huur ik een fiets bij Cheng Long, aan het begin van de straat.
Dat meisje herken ik van de vorige keer. Allereerst zoek ik het huis
van Saerey en Pierre op. Ze gaaf me gisteren een adreskaartje.
Eigenlijk nodigde ze mij gisteren al uit, maar ik ben niet zo happig
want ze heeft een hond die Rambo heet. En ik houd niet van honden.
Zeker niet van één die nogal agressief schijnt te zijn. Er is alleen
een huishoudster. Ik dring er niet aan om haar het hek te laten openen.
Daarna ga ik op zoek naar Noord-Koreaanse restaurant Pyong Yang aan
de N6. Ik vind twee! Bijna tegenover elkaar. Ik heb op internet gelez-
en dat de dames van het personeel zang- en dansvoorstellingen geven.
Ik wil hier later deze maand graag met Weiwei naartoe. Verderop kom ik
een primitieve autowasstraat tegen met een groep jonge vrouwen die
helemaal ingepakt gekleed zijn. Ze spreken geen woord Engels, maar
lachen maar al te graag. Daarna een jochie en zijn oudere zus op
fietsen met een grote verzameling lege flesjes en blikjes. Ik koop
voor elk een zakje chips en water. Even verderop twee motorfietsen
met kippen aan bamboestokken. Of wat te denken van een enorme hoeveel-
heid kokosnoten aan een fiets?!
Dan begin ik met mijn traditionele route langs de Siem Reap Rivier.
In het begin zijn kinderen waar ik ballonnen aan geef. De scholen zijn
vandaag dicht vanwege een nationale feestdag (Constitution Day). Bij
één van de tempels onderweg zie ik een ceremonie met twee meisjes die
door een monnik worden gereinigd. Ze dragen alleen een doek.
Zo douchen ze hier ook. Ik blijf een beetje op een afstand.
Dan ontmoet ik de man waar ik de vorige keer een krokodillenkwekerij
van zijn schoonvader van heb mogen zien. Ik koop weer wat te drinken
bij hem.
Een bord langs de route met banen en salarissen:
Als laatste kom ik aan de rechterkant van het pad bij de familie waar
ik ook de vorige reizen ben geweest. Er komt een ander meisje bij die
een beetje meer Engels spreekt. Het mooie meisje van de foto's van
vorige jaren heet Sophea en is inmiddels zeventien. Ze heeft net
gedoucht. Wanneer ik daar zo sta, komen er steeds meer kinderen om me
heen. Inmiddels zijn alle ballonnen die ik vandaag bij me had op. Ze
zijn blij. Ik vraag de meiden om hun namen, leeftijden en schoenmaten.
Ze heten Sopei, Srey Roan, Bopha en het kleintje heet Rina.
's Avonds dineer ik bij de buren van The Only One en grijp de kans om
even over hun naaste concurrent te praten. Bij Cool Corner Restaurant
lijkt het eten beter. En ze hebben heerlijke Mango Shake. De menukaart
van The Only One is er niet beter op geworden. Dat valt me tegen van
een restaurant met een Franse eigenaar. Al vond ik de ananas met kip
van gisteren heerlijk. Maar Cool Corner blijkt goedkoper en heeft een
aantrekkelijker menu.
Daarna loop ik over een nieuw deel van de Night Market aan de andere
kant van de rivier. Wat ze verkopen is vooral meer van hetzelfde. Er
is ook podium met dans en muziek.
Ik maak wat praatjes met de verkoopsters. Op één van de nieuwe houten
loopbruggen kom ik de serveerster van Cool Corner met haar familie
tegen. Op de brug maak ik een paar nachtfoto's. Onderweg naar mijn
hotel word ik naast de tuk tuks en motorbikes vooral aangesproken door
dames die massage aanbieden. Een jongen van de receptie biedt zelfs
een meisje voor hele nacht voor $60 en $15 voor een uur. Dat kan ik
me niet van de vorige keer herinneren.
Zondag 7 januari. Allereerst fiets ik naar de fotowinkel tegenover Lucky
Mall om een aantal foto's van gisteren te laten afrukken. De eigenaresse
van D's Books heeft me deze zaak aanbevolen. Dat duurt een uur. In de
tussentijd koop ik drie paar slipper maat 38/39 bij een kraampje aan de
buitenrand van de Old Market. Daarna lunch: pannenkoek met ananas en een
mangoshake bij Cool Corner Restaurant.
Eerst breng ik foto's bij vier kleine meisjes met sieraden om, die zo
mooi op de foto lachen. Daarna bij de man van de krokodillenkwekerij:
meneer Long. Hij wijst me op een meisje aan de overkant van het pad dat
ook goed Engels spreekt. Ze heet Thida en heeft op het vliegveld bij de
scannercontrole gewerkt. Maar dat wilde ze niet lang doen vanwege het
gevaar met werken bij röntgenstraling. Afhankelijk van of ze overuren
maakte, verdiende ze met dat werk 100 a 130 dollar per maand. Ze lijkt
een vrijgevochten meisje uit een gezin van maar liefst elf kinderen.
Haar vader heeft Chinese ouders. De moeder is Cambodjaanse.
Ik rijd door naar het gezin op het einde. Hun foto's heb ik in één van
de twee meegekregen mapjes gestopt. Want hier heb ik de meeste foto´s
gemaakt. Ze zijn er zeer blij mee. Op de terugweg maak ik weer een
praatje met Thida. Ze wil graag meekomen naar het centrum en daar wat
rondlopen. Eerst eet ik bij Lisa Cafe (tip van Tjeerd) pasta met kip.
Thida wil niks bestellen. Ze bestudeert de menukaart en stelt me daar
enkele vragen over. Ze wil graag in een restaurant werken. De pasta is
uitstekend. Geen slecht restaurant, maar de locatie vind ik iets minder
omdat het verkeer hier drukker is.
Daarna lopen we over de nieuw nachtmarkt. Ik wil nog graag thee. Dat
halen we bij Green Angkor Restaurant. Een grote, wat onpersoonlijke
zaal achteraan de markt. Een pot thee met twee kopjes voor $1.
Ik moedig haar aan om te vragen of ze hier kan werken. Eerder had ik
haar al laten vragen wat een verkoopster op de markt aan maandinkomen
heeft (circa $80). Ze kan morgen al langskomen voor een gesprek. Ze
hebben nog vier personeelsleden nodig. Thida is christen. Met kerst
is ze in Phnom Penh geweest om daar kerst in een kerk te vieren. Ze
kreeg gratis onderdak. Rond negen uur nemen we afscheid. Ze fietst in
het donker terug. Ik praat met Weiwei op Skype.
Maandag 8 januari. Na het ontbijt, en weer een gezellig gesprek met
Tjeerd, loop ik naar Cool Corner Restaurant om foto's van de eerste
week in Cambodja te selecteren voor mijn website. Ik lunch hier ook.
Bij een tourbureautje koop ik een kaartje voor $6 voor de bus van
10.30 naar Battambang. Daarna haal ik twee kokosbroodjes bij de bak-
kerij tegenover de massagesalon waar Srey Touche werkte. Voor morgen
onderweg.
´s Avonds eet ik bij The Only One: waterige amok chicken en mangojuice
uit een flesje voor $4,5 plus $1,5. Thida durft daarna pas weer tevoor-
schijn te komen. Ze is nu op haar motorbike. We praten even op één van
de nieuwe houten bruggen. Ze is wat onrustig en wil nooit ergens langer
blijven zitten. Dan gaan we met een vriend die ook op het vliegveld heeft
gewerkt naar een restaurantje aan de N6 waar zij hun avondeten halen.
Daar zit al een andere jonge man. Ze zijn 28 en 30 jaar en leren me een
paar nieuw Cambodjaanse woorden, zoals mijn leeftijd. De vriend betaalt.
Ik mag niks bijleggen. Tegen half tien zetten ze me af bij de Old Market
en haal ik nog wat uit de supermarkt.
Dinsdag 9 januari. De Zuid-Afrikaanse vriend is ook gisteren niet
gearriveerd. Hij heeft mijn advies opgevolgd en het facebook contact
verbroken. Ik vertrouwde dat zaakje niet. We horen gezang en zien rook
in het westen. Dat is volgens hem een crematie. De zang is voor een
Boeddha.
Nog voor tien uur haalt een busje mij en anderen uit andere guesthouses
en hotels op. Het busstation ligt aan de zuidkant van Siem Reap. Om half
elf vertrekt de bus. Een oude Hyundai die een eerste leven in Zuid-Korea
heeft gehad. Naast mij zit een vrouw uit Finland. Leuk om mee te praten.
Maar we dommelen beiden ook weg. Het landschap is veel minder interessant
dan de route van Phnom Penh naar Siem Reap. Halverwege is een stop in een
plaats op de splitsing met weg 68. De toiletten zijn primitief maar niet
echt vies. Ik heb gisteren twee kokosbroodjes gehaald voor onderweg.
Battambang
Het busstation in Battambang is eerder een pleintje. Er staan al allemaal
tuk tuk chauffeurs met bordjes van ´hun´ hotels te zwaaien. Ik herken de
naam van het hotel waar ik heb gereserveerd. Alhoewel ik geen gratis
pick-up had gevraagd, maak ik er wel graag gebruik van. Ik spreek met
hem af dat we morgen vanaf negen uur een dagtour doen.
De school naast het hotel:
Ik blijf op mijn kamer rusten en werk op mijn netbook. Daarna loop ik
via de markt naar straatjes aan de andere kant en vind daar een paar
restaurantjes. Bij één daarvan hoort ook een kookschool: Smoking Pot.
De menukaart is aantrekkelijk. Een Franse jongen, Nico, en Engels meisje,
Shelley, nodigen mij uit om bij hun te komen zitten. Ze zijn ook vandaag
gearriveerd en willen morgen graag naar de bamboo train. Ik zeg dat ze
met mij mee kunnen in de tuk tuk. Dat willen ze graag.
Tijdens het eten zie ik een kakkerlak uit een afvoerputje kruipen. Door
mijn voet te bewegen, schiet die weer terug. Ik houd me maar wijselijk
stil. In Siem Reap was de serveerster van Four Corners helemaal niet
onder de indruk. Ik zag daar één met een gebroken pootje en stelde voor
om hem dood te maken, maar ze liet hem nonchalant doorkruipen. Ze zijn
hier niet anders gewend. Dat doet je wel even nadenken over wat je hier
in de keukens kunt aantreffen.
Woensdag 12 januari. Even voor negenen loop ik naar de bakkerij in
Street 3. Shelley roept vanaf een terras aan de overkant. Nico is niet
helemaal fit en op zijn kamer gebleven. Hij was gisteren al niet zo
spraakzaam. Ik haal twee broodjes en loop met haar terug naar mijn hotel
waar een andere tuk tuk voor ons gereed staat. Ook goed. Hij brengt ons
eerst naar de Khmer King, Ta Dambong Kro Nhoung, een beeld bij aan de
weg naar Phnom Penh. Een soort van beschermheilige in het midden van een
rotonde. We rijden door naar de bamboo train via een hobbelig pad.
De toeristenpolitie regelt het verdelen van de bezoekers.
We betalen elk $5 voor de retourrit naar een dorpje. Al vrij snel moeten
we van het spoor omdat er een meerderheid aan treintjes uit de andere
richting komt. De chauffeurs helpen elkaar bij het uit elkaar halen van
de treintjes. Op sommige stukken gaat het best snel. Ik schat in dat we
wel 30 kilometer per uur rijden. En de rails sluiten niet altijd even
goed op elkaar aan, dat geeft behoorlijke tikken. Het is moeilijk om
elkaar te verstaan met al die herrie. Maar Shelley en ik hebben veel
´fun´.
Op het ´einde´ worden we direct aangesproken door kinderen die uitstekend
Engels spreken. We krijgen zelfgemaakte sprinkhanen aangeboden, vrouwen
smeken ons om iets te drinken. Maar ik loop met een meisje mee naar een
inpakfabriekje voor rijst. Een soort van pakhuis met een paar machines.
Even verderop langs het spoor is meer van het dorp te zien. Een lokale
familie gebruikt zelf ook een bamboetrein om nog verder naar het zuiden
te reizen.
Wij gaan terug. De tuk tuk hobbelt over een slecht pad en vervolgens
rijden we via een mooie landelijke weg met veel passerende schoolkinderen
naar de Wat Banan Tempel. Entree is $2. Om daar te komen moeten we een
trap van zo´n 350 treden beklimmen. Dat is even inspannen met deze hitte,
al valt het vandaag mee omdat er aardig wat bewolking is. De tempel zelf
bestaat uit een paar ruïnetorens en lijkt erg op de Cham tempels in
Vietnam. We blijven niet zo lang.
We betalen de tuk tuk elk $7. Dat is prijzig wanneer je het met een dag-
tour naar de tempels bij Angkor vergelijkt, maar de Wat Banan was ook wel
een aardig eindje rijden. Terug in Battambang lunchen we samen bij de
Smoking Pot. Ik bestel: ananas met kip en rijst, mango shake en lemon
tea ($5). Plots komt er een klein meisje aanrennen dat bij onze tafel
blijft staan. Ze praat veel, maar we verstaan haar niet. Ik geef haar
een ballon, maar dat is niet genoeg dus geef ik haar een tweede. Ze geeft
die aan een jochie verderop.
Shelley loopt dan haar haar hotel. Ze neemt even later de bus naar Phnom
Penh want ze heeft over een paar dagen in Saigon met een een vriendin
afgesproken. Ik verken een straat met allemaal fotowinkels. Cambodjanen
houden van opzichtige foto's met prachtige kleding en veel make-up.
Daarna verken ik de markt. Ik loop alle gangetjes door. Het is niet druk.
De markt is één van de leukste die ik ooit heb bezocht. Ik vind een
grappige Hello Kitty pyjama voor Weiwei.
Daarna maak ik nog een praatje met één van de buurwinkeltjes bij mijn
hotel. Ze zijn druk aan het werk. Even verderop koop ik nogmaals 100 bal-
lonnen (10.000 riel). Daarna rust ik even op mijn kamer. Om vijf uur
staat de tuk tuk klaar om mij naar de Pepsi fabriek te brengen. Die is
in 1975 gesloten nadat Amerika Vietnam verliet en uit de gratie was bij
de Cambodjanen door gruwelijke bombardementen ter vergelding voor de
Vietnamezen die via Cambodja oorlog voerden.
De buitenkant van het gebouw lijkt nog helemaal intact. Voor zover
mogelijk loop ik rond het gebouw. Op sommige plekken kun je naar binnen
kijken. Een westers meisje is ook nieuwsgierig. Ik zie nog veel lege
flessen. Het achterste deel is van binnen grotendeels gesloopt. Het logo
zit nog op de voorgevel. Aardig om even te kijken. En ik heb al snel
gezelschap van een groepje kinderen die ik zoet krijg met ballonnen.
Ze zijn een beetje brutaal.
Naschrift: in de zomer van 2013 is het gebouw helaas afgebroken. Er komt
een door Japans gefinancieerd 'water-treatment facility' voor in de plaats.
Daarna brengt tuk tuk mij naar Phare Ponleu Selpak (www.phareps.org) een
organisatie die kinderen ondersteunt bij het behouden en terugbrengen
van Cambodjaanse cultuur. Ze hebben onder andere een muziekschool, een
school voor visuele kunsten, een circusschool en een restaurant met kook-
school. De westerse organisaties die hulp geven, zijn met name Franstalig.
Uit Frankrijk en Canada. Ik kom voor de circusvoorstelling die om zeven
uur begint. De entree is $8.
Eerst bekijk ik een tentoonstelling, dan eet ik groenten met gehakt, rijst
en water in het restaurant ($3,5). Ook prima eten. Daarna begint de voor-
stelling in een kleine circustent die gelukkig niet helemaal is afgesloten.
Want het is nog warm.
De optredens zijn een combinatie van clownesk theater en acrobatiek en van
een behoorlijk hoog niveau. De tribunes zitten vol en vooraan zitten nog
kinderen op de grond. De artiesten hebben plezier en wanneer iets mislukt
dan moet er een tweede poging worden gedaan. Een prachtige voorstelling!
Er zijn maar drie meisjes. Op het einde volgt nog een verhaaltje van een
Française die sponsorgeld binnen wil halen. Ze vertelt over studenten die
in Canada op een gerenommeerde circusschool zitten en laat op een
projectiescherm foto´s zien van Cambodjanen in de bittere kou van Canada.
Donderdag 12 januari. Ik voel me niet zo geweldig. Mijn maag en darmen
zijn een beetje in de war en mijn keel is ook niet helemaal in orde. Dus
blijf ik wat langer rusten. Ik huur een fiets bij Gekko. Voor $2. Dat is
een beetje prijzig. Bij mijn tocht door zo'n beetje alle straten in het
centrum ontdek ik veel scholen en er zijn ook een paar universiteiten.
De straten zijn vaak vol met jongeren op motorbikes of fietsen. Bij één
van de scholen zie ik een meisje in een rolstoel. Ze bedient de stoel
met haar handen aan de voorkant, zoiets als trappers van een fiets.
Ik lunch bij Smoking Pot.
Ik laat voor Riel 8800 (400 per stuk, in Siem Reap was dat 350) foto's
afdrukken die ik in Phnom Penh en de eerste dag hier heb gemaakt. Zoals
een zaakje naast het hotel waar ze kleding voor bruiloften maken.
Iedere keer wanneer ik mijn hotel verlaat of terugkom, dan kijk ik wel
even bij hen voor een praatje. Een zekere Sophea spreekt aardig Engels.
Haar zus woont in Australië.
Bij mijn hotel koop ik voor slechts $5 een buskaartje naar Phnom Penh.
's Avonds eet ik op het terras van het Sunrise Coffee House. De enige
andere gast is een Zuid-Koreaans meisje die binnen zit. Dus de manager
heeft tijd - en zin - in een praatje. Zo kom ik ook meer over Battambang
te weten. Ze heet Navy en gaat bijna nooit weg. Ze werkt dagelijks vanaf
's ochtends vroeg. Daardoor is ze moe. De gasten kunnen iets op de muur
schrijven. Over sommige gasten vertelt ze wat. Ze krijgt bijvoorbeeld
jaarlijks tandartsteams uit Amerika op bezoek die naar dorpen in de
omgeving gaan.
Navy doet erg haar best om een goede menukaart te hebben. Volgens haar
kopiëren andere restaurants in de buurt die van haar. Ze moet haar menu-
kaart die buiten ligt in de gaten houden. De prijzen zijn volgens haar
laag en dat kan ik beamen. Soms vraagt ze klanten om bepaalde ingrediënt-
en mee te nemen. Navy is 37. Ze komt uit een groot gezin, maar is zelf
nog niet getrouwd. Een beetje triest, want volgens mij is ze wel heel
lief. Net als Thida is ze ook Christen. Opmerkelijk, want volgens mij
is bijna 100% van de Cambodjanen boeddhist.
Ik eet een vegetarische pizza ($3,5) met thee en een mango shake. Ik
beloof dat ik morgen terugkom voor mijn ontbijt.
Wanneer de Zuid-Koreaanse vertrekt, ga ik ook naar mijn kamer. Het is
negen uur. Navy kan de zaak sluiten, douchen en slapen en morgen weer
heel vroeg op. Bij haar kost de fietshuur overigens $1,5. Ze mopperde
dat een westerse klant een fiets twee weken wilde huren en die nog niet
heeft teruggebracht. Ze heeft geen paspoort als borg ingenomen.
Vrijdag 13 januari. Allereerst haal ik twee muffins voor onderweg bij
de 'bakery' en een flesje water. Daarna ontbijt ik bij Sunrise Coffee
House. Ik krijg een warme cinnamon roll en een schaal met gemengd
tropisch fruit. Met citroen thee, net als gisteravond ($4,5).
's Ochtends heeft Navy meer klanten. 's Avonds is deze straat een
beetje te donker om mensen te trekken. Ik geef haar een setje klompjes
uit Nederland.
Bij het uitchecken blijkt de kamer slechts 12 in plaats van $15 te zijn.
Om negen uur laat ik me door een tuk tuk van het hotel naar het bus-
station brengen. Ik heb de mannen al genoeg gegeven, dus net als de
pick-up moet dit kleine stukje gratis kunnen. Ik ben de enige 'barang'
(buitenlander) in de bus. Rond half twaalf is er een pauze in Pursat.
Twee uur later nog een pauze. Onderweg zijn er komische video's te zien.
Tijdens de stops zijn er bedelaars en vrouwen die fruit in zakjes ver-
kopen. De rit is minder boeiend dan die tussen Phnom Penh en Siem Reap.
Er zitten twee kleine kinderen in de bus om ballonnen aan te geven.
Terug in Phnom Penh
Rond kwart over vier arriveren we in Phnom Penh. Ik laat me voor $2
naar mijn guest house brengen. Uiteraard ga ik weer dineren bij het
River Star Hotel. Sophorn zegt dat de Engelsman hier vanmiddag ook net
arriveerde. Dat had ik niet verwacht, want hij was van plan om vanuit
Siem Reap naar Bangkok te gaan.
Even later zit hij samen met Mike te eten aan een tafel op het terras.
Ik zit graag aan de bar bij Sophorn om haar gezelschap te houden. Maar
na het eten zit ik nog even bij de mannen. Volgens Tim moet je vijf
dollar betalen wanneer je hier geld uit de ANZ automaat haalt. Terwijl
wij er zitten, zijn er wel vier mensen in een uur die er geld uit halen.
Tim heeft nog travellercheques. Ik wist niet dat er nog mensen waren
die ze gebruikten.
Naast ons zitten twee sexy geklede vrouwen en een jochie. Ze drinken
alle drie bier. Wanneer Tim en Mike naar de Candy bar zijn vertrokken,
nodigt één van die meiden me uit om te dansen, maar ik kan niet dansen
en bovendien wil ik met Weiwei skypen.
Zaterdag 14 januari. Ik begin met een uitgebreid continentaal ontbijt
op het terras van het Dara Reang Sey hotel. De serveerster is blij met
de foto die ik van haar heb gemaakt. In Battambang is een lens van mijn
camera van het bed gevallen. Ik dacht dat ik het grote bed wel als op-
slagruimte kon gebruiken, maar ´s nachts heb ik ´m van het bed geschopt.
Gelukkig is alleen het glas van de uv-filter gebroken. Die dient ook
vooral als bescherming van de lens en heeft in zeker zin zijn werk
gedaan. Op advies van de eigenaar van het guest house ga ik naar de
centrale markt. De bezoek ik voor het eerst sinds vier reizen en is
opvallend net in opzet ten opzichte van de Kandal Markt. Het Franse
ontwerp van het grote gele gebouw is bijzonder (zie de foto's).
Voor $12 vind ik tegenover de markt een filter. Ik loop daarna door de
Sorya Shopping Mall. Daar vind ik de grootste hoeveelheid Hello Kitty
artikelen tot nog toe. Bovenin zit zelfs een bioscoop. Ik lunch bij het
Royal Guest House. Helaas krijg ik geen antwoord van Ratanak op mijn
sms'jes . Ik had graag gewild dat we samen konden lunchen. Ik geef twee
foto´s aan haar oud klasgenote van de vorige keer. Die had ik dubbel
laten afdrukken. Ik eet alleen een pannenkoek met ananas. Die is een
beetje te droog.
Tijdens de rustpauze op mijn kamer Skype ik even met Weiwei. We zijn
beiden moe. Daarna loop ik naar de rivier om van de mensen langs de
rivierboulevard te genieten. Van het dansen, van de gezinnen, de ver-
koopsters en af en toe geef ik ballonnen aan kinderen.
Tegen zevenen ga ik naar de River Star voor mijn avondeten. Ik bestel
fish a la morney met rijst ($4) en een sprite. Babyfood noem ik het.
Ik vraag aan Sophorn of ze me al miste. Ja! Even later arriveert Tim.
Mike zit bij een Ierse pub om de hoek omdat ze daar drie schermen met
voetbal hebben. Tim praat mij bij. Mike heeft in Siem Reap een man
gesproken die hem een baan heeft aangeboden als mijnenruimer. Mike
heeft een militair verleden en onder andere in Arnhem en Duitsland
gewoond. Ze gaan morgen eerst samen naar Bangkok. Tim zal hem daar in
het nachtleven inwijden. Maandag moet Tim weer aan het werk. Mike
trekt dan door naar het zuiden van Thailand, om nog meer te verzuipen.
Sophorn moppert: "Barang like to pay a lot for girls, but don't wanna
pay for food, drinks and sigarettes." Ze vertelt me dat een trouwerij
tussen de drie- en vijfduizend dollar kost. De goedkoopste feestjurk
die ze onlangs droeg bij het huwelijk van een broer kostte honderd
dollar. Volgens haar kun je hier al een appartement voor 160 dollar
per maand huren.
Tim bestelt iets wat ik ook had willen proberen, maar omdat er varkens-
vlees in zit, heb ik dat niet gedaan. Misschien doe ik dat morgen en
vraag dan om kippenvlees, zoals Tim suggereert. Hij doet dat nu zelf en
laat mij proeven. Iets te spicy. Dus niet echt mijn type eten. Omdat
hij me van een fiasco heeft bespaart, stelt hij voor dat ik een biertje
voor hem betaal. Okay.
Hij heeft nog een geheugenkaartje in zijn camera met foto´s die hij af-
gelopen zomer in Wales heeft gemaakt. In de ´hidden valley´. Hij houdt
van wandelen en liep afgelopen zomer zes kilo van zijn bierbuik af.
Zijn moeder is 79 en rijdt nog steeds auto. Ze was verpleegster en doet
drie dagen in de week vrijwilligerswerk. Hij is naar plekken geweest
waar hij als kind vakantie hield. Ik zie foto´s van de kanaalboten, een
kasteel, van zijn familie en een zeiltocht met vrienden. Een vriend van
hem is met een Thaise getrouwd. Ze hebben 2 kinderen.
Tim heeft inmiddels een watermeloenshake voor mij bestelt. Rond half
elf neemt hij afscheid en gaat op zoek naar Mike. Hij nodigt me uit om
mee te gaan of later in de Candy Bar of naar een bar in Street 104 te
komen, maar dat laat ik aan me voorbij gaan. Ik ben toch echt wel moe.
Mike heeft gisteren een heel mooi meisje in een bar in Street 104 op-
gepikt. Tim heeft daar foto´s van. Morgen kunnen we nog een keer samen
lunchen in River Star. Sophorn heeft dan ochtenddienst. Ze werkt tot
half twee en gaat dan naar een verjaardagfeest van een broer van haar.
Tot morgen.
Zondag 15 januari. Ik haal mijn ontbijt bij ABC bakery en loop dan via
een kronkelroute van rustige straatjes naar Wat Phnom. De heuvel met
tempel. Gek genoeg ben ik hier ook nog niet eerder geweest en het is
niet ver lopen. Tim was hier gisteren. Hij liet me foto's zien en her-
innerde me er weer aan. Er zijn vrij veel novices rond de tempel. Ik
praat met een groepje dat foto's heeft laten maken. Echt serieus komen
ze niet op mij over.
Daarna loop ik naar River Star voor mijn lunch. Ik ben iets eerder dan
Tim en Mike, zodat ik even alleen met Sophorn kan praten. De mannen
komen rond half één. Tim heeft Mike wakker net voor de check-out time
laten bellen, anders had die nog geslapen. Ze hebben een wilde nacht
gehad. Hun lunch is gelijk het ontbijt. Ze praten me bij over hun nacht
en ik krijg Tim zijn e-mailadres. Om kwart over één nemen ze een taxi
naar het vliegveld. Sophorn gaat dan met haar zus op weg naar de ver-
jaardag van haar broer. Ze vindt niks aan het heen en weer gereis.
Ik loop via de Kandal markt voor een praatje met ´mijn kapsters´ terug
naar mijn guesthouse en neem een lange rustpauze op mijn kamer en loop
dan via de gezellige rivierboulevard naar Ratanak haar werk om de foto's
van de vorige keer te brengen. Ze verontschuldigt zich dat ze geen tijd
had voor een lunch. Dat komt door de voorbereidingen voor de 'viering'
van het overlijden van haar vader. Ze is blij met de foto's.
Haar collega's reageren ook enthousiast. Helaas is de muziek in Liquid
niet zo geweldig en heeft Ratanak weer hoofdpijn. Ik heb haar de vorige
keer al aangeraden om een dokter te bezoeken of chinese medicijnen te
proberen. Ze klinkt alsof ze verkouden is. Volgens mij heeft ze zoiets
als voorhoofdsholteontsteking.
Maandag 16 januari. De wekker gaat om kwart over zeven. Ik haal broodjes
en drinken. Ik heb gisteren al voor de kamer en een buskaartje naar
Kampot betaald. Even na negenen komt een busje mij ophalen. Daarna duurt
het nog lang voordat we anderen hebben opgepikt waardoor de bus van 9.30
pas om kwart voor tien vertrekt. Het kost veel tijd om in het drukke
verkeer uit de stad te komen. Nog maar net na het verlaten van de stad
is een eerste korte stop. Rond twaalf uur een lunchpauze ter hoogte van
Takeo. Daar vermaak ik me met kinderen die ananas verkopen en een klein
meisje dat reuzeblij is met een ballon.
Anders dan ik had verwacht, gaat de bus via een zuidelijke route eerst
naar Kep. We nemen ook nog passagiers mee van een gestrande bus. Slechts
een deel van hen kan zitten. De hele bus volgepropt. Wat een avontuur.
Nog voor Kep stapt af en toe iemand uit. Soms gaat er veel tijd in zit-
ten voor die hun bagage uit de bus hebben. We stoppen onder andere bij
een huis van een dikke oude westerse man met een jonge zwangere Cambod-
jaanse. Voor de rest van de familie heeft hij zo te zien nog een huis
laten bouwen. Kep lijkt wel leuk. Ik zie een bord met "de mooiste baai
van de wereld". De bus rijdt een stuk langs de kust.
Van Kep naar Kampot mogen we een half uurtje genieten van keiharde
karaokemuziek.
Kampot
Het is bijna vier uur voor ik in Kampot ben. Ik ben tuk tuk chauffeurs
voor. Mijn guest house ligt namelijk aan het einde van de straat om de
hoek. Geen vervoer nodig dus. Een enthousiaste en drukke William brengt
me naar mijn kamer en informeert me over het guesthouse. Er ligt een
minigolfbaan naast het gebouw dat op een moderne versie van Villa Kakel-
bont lijkt. Ik verken direct het oude deel van het stadje, met Frans
koloniale architectuur. Een groot deel van de gebouwen is opgeknapt,
maar er valt nog heel wat te verbeteren, maar juist die rommeligheid
geeft extra charme. Er zijn best veel kleine restaurantjes en guesthouses.
Vooral langs de rivier.
Ik geef mijn briefjes van 100 riel aan een man met maar één been. Hij
is daar zeer bij mee. In één van de gebouwen langs de rivier krijgt een
klasje wiskundeles. Ze nodigen mij uit om binnen te komen. Ze zijn razend
enthousiast en willen dingen over mij weten. Ik schrijf wat informatie
over mezelf op het bord. De leraar vindt het prima. Ik wil ze niet te
lang storen, want ze betalen immers voor een andere les dan Engels.
In een straatje haaks op de rivier maak ik een praatje met Paula van
Pizza 36. Ze heeft een Britse man en hebben dit restaurantje vier maand-
en geleden geopend. Ik beloof haar dat ik terugkom om te eten, maar
eerst nog wat van de omgeving wil zien. De restaurants langs de rivier
zijn het meest populair. Her en der kan ik ballonnen kwijt. In één van
de straten is een herdenkingsfeest voor een overleden jonge vrouw.
Ik zie haar foto staan bij een soort van herdenkingsaltaartje.
De vrouwen dragen allemaal een witte blouse. Anders dan een bruiloft.
Toch zijn er overeenkomsten met een trouwfeest. Ook nu brengen gasten
geld en zijn er eettafels in een grote tent die op straat staat.
Pizza 36 zit in een 'shop house'. Naast Paula zie ik nu ook twee hele
mooie jongere zusjes van haar en haar vriend en zijn broer. Ik bestel
een Siciliaanse Khmer pizza met kleine, knapperige droge visjes.
Formaat medium. Die smaakt uitstekend. Met $7 wel een beetje prijzig.
Ik vraag naar een motorbike met chauffeur om mij morgen naar Bokor
Hill Station te brengen. Ik wil graag de ruïnes fotograferen. De broer
is wel bereid om dat voor een reguliere prijs ($15) te doen. We kunnen
broodjes voor lunch meenemen.
Dinsdag 17 januari. Ik ontbijt in mijn guesthouse. Tegen alle verwacht-
ingen heeft het vanmorgen vroeg even geregend en er is nog steeds veel
bewolking. De temperatuur blijft hoog. Ik eet pannenkoek met honing en
muntthee. En loop dan naar Pizza 36 om voor te stellen om het plan een
dag uit te stellen. In de hoop dat het weer dan beter is. Gisteren was
een mooie dag, maar volgens hun was het afgelopen weekend ook bewolkt
in de bergen.
Daarna verken ik Kampot wat uitgebreider. In één van de smalle steegjes
zijn filmopnames gaande. Voor een muziekvideoclip met een meid met een
hele lange benen maar niet een mooi gezicht. Aan het accent te horen,
komen ze uit Australië. Ze hebben een fotogenieke plek ontdekt. Bij de
centrale rotonde met de 'granaat' in het midden, ontdekt ik een bak-
kerijtje met muffins: Heng Eng Bakery Shop. Daarnaast zit een grote
supermarkt. Zo kan ik een eenvoudige lunch samenstellen. Bij de rotonde
bij mijn guesthouse zit ook een goede supermarkt.
Aan de andere kant van de ´zevensprong´ zit een technische universiteit.
De studentes zijn opgemaakt. Volgens de meiden moet dat van de directeur.
Er moet ook een school zijn voor moslims, want ik zie meisjes met hoofd-
doeken langs de rivier fietsen. Er is ook een kleine minderheid moslim
in Cambodja. In Phnom Penh zag ik een moskee toen we de stad binnen-
kwamen vanuit Battambang.
Door de drukkende hitte houd ik weer een lange pauze op mijn kamer.
Rond drie uur gaat het flink regenen. Bij de weersverwachtingen zie ik
nu dat er de komende week ook kans blijft op regen. Terwijl ik Weiwei
had verteld dat het in januari droog zou zijn... Later op de middag is
het droog. De straten nog niet.
Ik loop naar Pizza 36 om te vragen of ze pasta hebben, maar dat is niet
het geval. Dan ga ik naar het pand aan de straat langs het water waar
gisteren les werd gegeven. Drie meisjes zitten langs het water te wacht-
en tot hun klasje begint. Ze vragen me meer. Even voor zessen is er weer
een bui. Ik heb een paraplu bij me, maar mag in hun klasje schuilen.
Dat is overigens gewoon de voorkamer van een woning. De leraar lijkt
geen Engels te spreken. Ik geef een ballon aan zijn dochtertje. Wanneer
de les begint, neem ik afscheid.
Bij mijn guesthouse hebben ze onder andere spaghetti bolognese.
Dat lijkt me lekker na een wat simpele lunch. Er staat nu een meisje
achter de bar: Madeleine uit Nieuw Zeeland. Ze werkt hier nu twee weken
en gaat binnenkort naar Thailand om een Nederlandse vriend uit
Eindhoven te ontmoeten. Ik drink lemon juice en groene thee. Ze draait
een paar nummers van David Bowie op mijn verzoek. Ik heb het idee dat
een jonge vent uit Israël met een rare wilde baard wel interesse in
haar heeft. Een moderne hippie. Hij heeft al drie biertjes op terwijl
ik daar zit. Backpackers drinken veel bier, valt me op. Het is ook
goedkoop.
Woensdag 18 januari. Ik ontbijt weer in mijn guesthouse, pannenkoek met
limoen en honing en mint thee ($3). Dan loop ik naar het busstation en
koop een kaartje voor de bus van morgen om zeven uur naar Phnom Penh.
Wanneer ik bij Pizza 36 kom, arriveert Mark daar net. Volgens hem is
het weer nu beter ondanks dat het nog deels bewolkt is. We nemen water
en belegde stokbroodjes mee voor de lunch.
Bokor Hill Station
Phnom Bokor (1080m) is een berg waar tussen 1917 en 1921 een weg naar
toe is aangelegd voor een Frans vakantieoord en bergstation. Het Bokor
Palace, een grand hotel-casino werd in 1925 geopend. Sindsdien is het
twee keer verlaten. Bij de gevechten voor onafhankelijkheid in de late
veertiger jaren en in 1972 opnieuw toen Khmer Rouge het land overnam.
De locatie is zeer strategisch. Tot in de jaren negentig hebben de
Khmer Rouge vanaf deze plek guerrilla's uitgevoerd.
We hoeven bij de ingang van het nationale park niks te betalen omdat
we alleen de berg bezoeken en niet het park zelf. De weg naar boven
is onlangs vernieuwd. Ze zijn nog bezig met de laatste werkzaamheden.
Ergens halverwege stoppen we bij een ruïne van een gebouw met zicht
over zee. Koning Sihanouk's villa, beter bekend als Black Palace.
Daar wordt een groot vrouwelijk Boeddhabeeld gemaakt, een bescherm-
heilige voor mensen die de zee op gaan.
Er komt hier ook een restaurant. In zee wordt een haven gemaakt voor
veerboten uit Japan, Thailand en Singapore, aldus Mark.
Na ongeveer anderhalf uur zijn we boven. Daar wordt aan een enorm
casino gewerkt. Ik hoop dat dit flink wat werkgelegenheid oplevert
en niet alle geld in de zakken van investeerders en rijke Cambod-
janen verdwijnt. De eigenaar van de berg, meneer Sokho, heeft zelf een
villa in één van de gebouwen bij de ´auberge´ laten maken. Mark rijdt
eerst tot het einde. De ruïnes daar zijn te bezoeken. Soms zijn de
tegels overgroeid. Her en der zijn sporen te vinden van latere
'bewoners'. Er is in gekookt. Sommige muren zijn beklad.
Het gebouw tegenover de villa is deels bewoond door arbeiders. Achter
dat gebouw kom je bij een klif. Vanaf daar is het historische casino
mooi te zien.
De bewolking die tegen de klif hangt geeft een surrealistisch beeld.
Zonder Mark was ik niet naar deze plek gelopen. Hij vertelt ook overal
wat over de geschiedenis van Bokor Hill. Daar had ik al over gelezen,
maar hij vat zijn rol als gids serieus op.
Het casino wordt gerenoveerd en uitgebreid. Helaas is het daardoor
niet meer als ruïne te bezoeken. Bokor Hill Station verliest de status
van 'ghost town'. Ik had graag even in het vier verdieping tellende
gebouw rondgestruind. De ballroom, badkamers, schoorsteenmantel...
Arbeiders op het dak wuiven naar ons, soms roept iemand "Hello!".
De kerkruïne wordt door families bewoond. Er staat een auto in de
schuur. We stoppen vervolgens even ter hoogte van de watertoren. Het
oude politiebureau herbergt ook arbeiders. Het postkantoor is met de
grond gelijk gemaakt. We lunchen bij een meertje. Daar is een oud hotel
en lopen veel arbeiders rond. Daarna bezoeken we de tempel Wat Sampeau
Moi Roi. Rond de tempel is een rommelig geheel van rotsen waar je met
enige fantasie wel wat herkenbare vormen in kunt zien.
Er staan bootjes en er zijn apen. Je kunt hier volgens Mark ook over-
nachten.
Op de terugweg doen we de regenjackjes aan, want het is nu meer bewolkt
en de wind maakt het frisjes. Halverwege trek ik het jasje weer uit.
Mark doet dat beneden op het punt waar een spoorlijn wordt aangelegd.
Volgens hem een spoorlijn van Phnom Penh via Kampot naar Sihanoukville.
Voor de motorhuur, zijn werk als gids en bestuurder was $15 afgesproken.
De lunch is $3,5. Ik geef hem $20 want ik ben hartstikke tevreden.
Hij vertelt dat de oude markt gerenoveerd wordt en het de bedoeling is
dat daar een ´night market´ voor toeristen in komt. Maar hij twijfelt
of Kampot daar wel zo geschikt voor is.
(Op de fotosectie van mijn website staat een uitgebreider fotoverslag
van deze excursie.)
Na een lange rustpauze op mijn kamer, loop ik door het oude deel van
Kampot. Net op dat moment komen de meeste schoolkinderen voorbij op
fietsen en scooters. Sommige scholieren hebben mooie uniformen. Ik neem
ook weer een kijkje bij het wiskundeklasje. We dollen een beetje met
elkaar. De meiden heten Sok Nei, Ling Ling, Srey Neat en New. Eén van
de meisjes haar bovenlip trilt een beetje wanneer ze oogcontact met mij
heeft, wanneer ze iets zegt. Wanneer ik in de buurt kom, dan beginnen
ze te gillen.
Ik koop muffins en drinken voor morgen onderweg en voor vanavond op
mijn kamer. Ondanks de keuze aan restaurants in het centrum, eet ik
weer bij mijn guesthouse. Dit keer lok lak met kip ($4), dat is kruidige
vlees met peper op een bed van tomaat en komkommer met rijst. Het smaakt
verrukkelijk. Je kunt ook kiezen voor rundvlees, dat doe ik een volgende
keer. Aan de bar praat ik met een Duitser die ook al voor de vierde keer
in Cambodja is. Voor het slapen krijg ik nog een sms van Weiwei.
Ze vraagt nog een keer om de bevestiging of ik haar van het vliegveld
haal. Uiteraard doe ik dat!
Kampot was een hele mooie ervaring. Wanneer ik hier wat langer was
geweest, dan had ik een fiets gehuurd om naar de zoutvlaktes te gaan en
misschien de Cham Moskee op te zoeken. En de markt bezoeken. Ik heb het
nu heel rustig gedaan.
Donderdag 19 januari. De wekker gaat om zes uur. Even na half zeven
loop ik naar de bushalte. Daar staat eerst nog een andere bus die om
kwart voor zeven vertrekt. In de bus naar Phnom Penh zitten vrij veel
westerlingen. In het begin pikken we onderweg nog een paar mensen op.
Ik eet mijn muffins. De airco in de de bus maakt het koud. In tegen-
stelling tot de heenreis mogen we nu al vanaf het begin van muziek,
karaoke en sketches genieten. We stoppen rond half negen bij Takeo,
waar op de heenreis de lunchstop was.
Weer terug in Phnom Penh
In Street 217 zijn vrij veel internationale scholen. Dat is de weg die
de bus naar het centrum neemt. Ik zie onder andere het Beltei
International Institute, Bright Light International School en de Hello
American Kindergarden. Voor elf uur arriveert de bus al bij het eind-
station in Phnom Penh. Voor $2 neem ik een tuk tuk naar mijn guesthouse.
Ik ben nog te vroeg om in te checken, maar kan mijn bagage wel achter-
laten. De ontvangst is zeer vriendelijk. Ik haal wat te drinken bij
Smile en loop over de Kandal Markt. De manager van mijn kapperskraampje,
een ´spooky´, komt even later. Ze heeft hoofdpijn want ze is gisteren
uit geweest. Ze heeft gedronken want ze heeft `too much problems´.
Ik ontmoet Xuan langs de rivierboulevard. Ze laat me de foto zien die
ik van haar heb gemaakt. Ze glimlacht weer zo mooi. Ik loop door naar
River Star. Sophorn heeft vandaag late dienst en is er nog niet, maar
ik besluit hier wel wat te eten: pannenkoek met honing, limoensap en
thee. Tot na tweeën blijf ik zitten. Er is hier altijd wel wat te zien.
Veel straatventers, maar ook bedelaars. Nieuwe gasten die arriveren.
Ook twee Franse mannen die nagenoeg geen woord Engels spreken.
Als dat maar goed komt.
Dan check ik in bij Europe Guesthouse. Ik heb kamer 202, de goedkoopste
zonder ramen. Dit gasthuis heeft op tripadvisor.com een uitstekende
reputatie, daarom heb ik het gekozen. Fancy Guesthouse, waar ik eerder
deze maand zat, vond ik overigens ook erg goed. De locaties zijn zeer
goed. De eigenaar van Europe is zeer vriendelijk, maar de kamer heeft
geen koelkast en het matras is ook niet zo geweldig. Een volgende keer
zou ik eerder Fancy Guesthouse kiezen.
Ik loop naar River Star. Sophorn is er helaas niet. Ze heeft een ongeluk
met een motorbike gehad en haar hand is zodanig geblesseerd dat ze niet
kan werken. De Star of River Star, één van de jongere werknemers, zegt
dat ze het ongeluk met haar ´husband´ had. Wanneer ze getrouwd is, dan
zou dat nieuws voor mij zijn. Daar heeft ze het niet over gehad.
Eén van de meiden van de ochtenddienst is lesbisch. Ze heeft ruzie
gehad met haar vriendin.
Wanneer ik thee drink, komt de manager van mijn kapperskraampje van de
markt. Ze ziet mij op het terras zitten. Meestal drinkt ze rond deze
tijd hier in de buurt thee. Nu kan ze even met mij meedrinken. Wanneer
ze hoort dan het meisje lesbisch is, wil ze graag haar telefoonnummer.
De liefde tussen de jongen met het blonde Koreaanse kapsel en zijn
babyface vriendinnetje is uit. Hij heeft haar foto's uit zijn telefoon
verwijderd. Het is één en al liefdesdrama bij personeel van River Star.
Net als in de vele treurige Cambodjaanse liefdesliedjes. Volgens hem
komt het doordat hij arm is. Gisteravond was hij uit met een rijke
vriend. Hij noemt de bedragen die zijn vriend betaalde voor een avond-
je karaoke. Dat is nogal wat.
Ik kon de tuk tuk bij Dara Reang Sey niet vinden en vraag hier een
andere tuk tuk om Weiwei mee van het vliegveld te halen. Die vraagt $15.
Zijn argument is dat ik tweemaal de prijs moet betalen, maar ik zeg dat
ik geen bagage heb en hij maar één richting in rekening hoeft te brengen
Gelukkig staat er nog een tuk tuk, die wel bereid is om me voor de
reguliere $7 dollar te helpen. Het helpt om de prijs te noemen die ik
bereid ben om te betalen en dan weg te lopen.
Ik eet bief lok lak, een traditioneel Khmergerecht. Stukjes bief op een
laag tomaat, komkommer en ui, met peper en citroensaus en witte rijst.
Een flinke maaltijd. Ze zijn hier niet zuinig met het vlees. In Kampot
had ik de versie met kip, die was verder ook iets anders qua samenstel-
ling. Samen met een blikje sprite en lime juice ben ik $5,75 kwijt.
Weiwei
Om half negen rijden we naar het vliegveld. We hoeven niet lang te
wachten. Weiwei heeft geen vertraging. Haar eerste indrukken zijn een
stad die lijkt op haar geboortestad in haar jeugdjaren. Ik geef de
chauffeur een dollar fooi. We gaan direct naar de kamer en wisselen
cadeaus uit. Ze heeft chocolade, koekjes, snoepjes en twee overhemden
meegebracht. En de Chinese vertalingen van Willem Frederik Hermans die
ik voor een Nederlandse verzamelaar meeneem die in Zwitserland woont.
Een echte verzamelaar. Ik heb een schort met typisch Nederlandse sym-
bolen, een T-shirt uit Amsterdam, het olifanten shirt uit Thailand en
het boek van Gina/Gea Weijers voor Weiwei.
Vrijdag 20 januari. We ontbijten bij Dara Reang Sey. Daarna koopt
Weiwei een simkaart zodat ze met het Chinese Nieuwjaar goedkoop met
haar familie kan bellen. En we kopen buskaartjes voor morgen naar
Sihanoukville bij ons guesthouse. We lunchen laat bij River Star ($11).
Ik heb nasi goreng. Sophorn is volgens de manager nog wel drie dagen
uit de roulatie. Dus praten we nu meer met de andere personeelsleden.
De Fin Sami die ik de avond van het vertrek van Tim en Mike ontmoette,
is er ook nog. Hij komt bij ons zitten en vertelt ons van zijn avon-
turen in de Blue Star Bar. Hij is van plan om om de dag een 'wilde
nacht' te hebben en is daar heel openlijk in. In Finland werkt hij met
gehandicapten. Het is een optimistische man die graag vertelt met een
glimlach op zijn gezicht. Vroeger deed hij met vrienden zogenaamde
wodka-vakanties naar Rusland. Volgens hem heeft Rusland de mooiste
vrouwen.
Weiwei laat haar nagels lakken op de plek waar ik mijn haar heb laten
knippen. Haar vingernagels worden oranje. De teennagels blauw met op de
grote tenen een afbeelding van Hello Kitty ;-) De manager praat ronduit
met Weiwei. Ze vertelt dat ze een vriend heeft die in Ierland woont.
Ze is 27 en heeft een vierjarig dochtertje. Hij komt binnenkort hier.
Weiwei zegt een keer dat ik ook in Cambodja ga wonen, omdat ik me hier
zo thuis voel. Maar China biedt meer mogelijkheden en ik ben bang voor
het regenseizoen.
Zaterdag 21 januari. We ontbijten dit keer bij River Star. Ik heb een
pannenkoek, Weiwei noedelsoep met garnalen. En een schaal met fruit.
De eigenaar van Europe Guesthouse heeft geregeld dat we voor $1 met
een tuk tuk naar het busstation kunnen. Door het Chinese Nieuwjaar zijn
er geen busjes die passagiers bij de hotels en guesthouses ophalen.
De afstand is ook niet zo groot. Om 9.12 vertrekt de bus van 9 uur.
Het duurt weer lang alvorens we de stad hebben verlaten. Aan de rand
van Phnom Penh zijn veel fabrieken waar jonge meiden tegen een laag
loon werken.
Op deze route rijden veel vrachtwagens met containers die voor enige
vertraging zorgen. Sihanoukville is de enige stad met een zeehaven.
De weg is van een goede kwaliteit, maar niet erg breed. Tegen half
twaalf hebben we een stop op dezelfde plek als de bus naar Kampot.
Sihanoukville
Rond drie uur arriveren we in Sihanoukville. Dus zijn we bijna zes uur
onderweg geweest. Ik zucht. Weiwei zegt dat vanaf nu iedere zucht me
een dollar kost.
De tuk tuks hebben een prijsafspraak van $6 voor een ritje naar het
strand. Motorbikes doen dat voor anderhalf. Dus vragen we twee motor
bikes. Dat lukt met de bagage. Onderweg verliest Weiwei haar pet. Een
kleine vertraging. De rit is langer dan ik had verwacht. Ik geef ze
daarom elk twee dollar.
De kamer van het White Beach Hotel is ruim. Het is de duurste plek van
de trip in Cambodja. Normaal wil ik onder $20 blijven, maar omdat ik
met Weiwei ben, heb ik voor iets meer luxe gekozen. We lopen een stuk
over het strand en maken foto's van de zonsondergang. Bij de toegang
naar het strand staat een beeld met drie dolfijnen. Het strand is niet
breed, maar toch vrij rustig. We eten bij een restaurant met weinig
klanten: 'Chamoy's Frog' ter hoogte van het hotel. Nasi met vis en
sweet sour, een sprite, bananenshake en kokosnootshake.
Zondag 22 januari. De strandtenten hebben vergelijkbare menu's en
prijzen. Zeer concurrerend. Weiwei heeft de smaak te pakken met het
drinken van tapbier. Die is hier overal slechts vijftig cent en blijkt
hier ook te worden gemaakt. We eten bij Kaya's Shack: pizza met BBQ
chicken voor $7,5. Pizza is relatief duur. 's Avonds eten we hier weer.
Spaghetti bolognese, kip met ananas, een mango shake en sprite voor
$8,50. Er komen veel verkoopsters langs met zeevoedsel, fruit en vuur-
werk, maar ook veel bedelaars, blinden en mijnslachtoffers. Wanneer
er kinderen bij zijn, dan geef ik een ballon.
Om zeven uur moeten we terug zijn op de kamer want dan begint de
traditionele nieuwjaarsavondshow. Die heb ik de afgelopen twee jaar
via internet gezien. De tijd gaat snel. In de tussentijd werk ik de
foto's op mijn website bij. Weiwei belt met haar broer en schoonzus,
ook haar neefje zegt een paar woordjes. Het lukt maar niet om contact
te krijgen met haar ouders.
Maandag 23 januari. We hadden eigenlijk afgesproken dat we vanmorgen
vroeg op het strand zouden wandelen, maar Weiwei is de deur al uit
wanneer ik ga douchen :-( Het is nog vroeg. Ik loop in beide richting-
en van het strand, maar kan geen Weiwei vinden. Er spelen al kinderen
en het begint al warm te worden, dus keer ik terug naar het hotel.
Vanaf de oprit wuift ze naar me vanaf het dakterras. Ze is al gaan
ontbijten.
Om tien uur komt een busje ons ophalen. De grote bus komt overigens
wel in de buurt van ons hotel, dus hoeven we niet eens naar het bus-
station. De terugweg gaat sneller. We stoppen voor de lunch op de
zelfde plek. Dit keer maar geen gebakken banaan, want die waren niet
rijp.
Weer terug in Phnom Penh
Om drie uur zijn we terug in Phnom Penh. Bij River Star genieten we
van een late lunch. Ik heb fish amok, banana shake en sprite. Sophorn
is er nog steeds niet om het drinken te maken. Sophorn is er nog niet.
De jongen met het Koreaanse kapsel maakt de shakes ook heel aardig.
Zijn personeelsnummer is 007. Hij moet zijn ei kwijt. Hij is: "The
star of River Star, handsome, no money, no car, no girl friend".
Weiwei koopt gekopieerde ansichtkaarten van een man in stolstoel die
hier dagelijks een paar keer langskomt. Zijn handen zijn wel goed,
eigenlijk gun ik hem een betere baan. Volgens mij deed hij dit in
2010 ook al. We zien nog draken- en leeuwendansen bij enkele winkels
van Chinese eigenaren. Helaas lukt het niet meer om een minibus naar
Siem Reap te boeken, dus moeten we morgen met een tragere grote bus
van Sorya ($7 per persoon). 's Avonds bestellen we een fruitsalade bij
River Star ($2.5). Weiwei drinkt weer bier. Ik blijf bij lime juice.
We maken vanavond twee keer mee dat straatverkopers agressief zijn.
Eerst een lang en slank meisje dat zeurt dat haar zus vandaag meer
heeft verkocht en ze er van haar moeder van langs krijgt. Later langs
de rivierkant een jochie die een zakje popcorn wil verkopen. Hij houdt
mijn pols zelfs vast wanneer we onze zitplaats willen verlaten. Maar
het blijft mooi om langs het water te lopen. Bij het ´tempeltje´
tegenover het paleis is het vanavond extra druk door mensen die offers
brengen. Daar is ook traditionele muziek.
Dinsdag 24 januari. We ontbijten bij Dara Reang Sey ($6). Ik heb een
kaasomelet, thee en bestel nog een fruitsalade voor ons beiden.
Weiwei heeft een lokale noedelsoep die ze aan de straatkant maken.
We halen verse lekkernijen bij de ABC bakery. De eigenaar van Europe
Guesthouse regelt weer een tuk tuk voor een dollar naar het busstation.
De bus van tien uur vertrekt om 10.07. Weiwei slaapt onderweg vrij
veel. Met haar hoofd een beetje naar achteren en een openvallende
mond. Ik heb toestemming gekregen om haar mond dicht te duwen, maar
durf dat toch niet aan. Wel maak ik er een foto van. Tijdens de lunch-
pauze koopt ze een vers geschilde mango. De gefrituurde spinnen zijn
ook niks voor haar.
Siem Reap
Na nog een korte plas- en rookpauze zijn we uiteindelijk bijna zes
uur onderweg. Dat betekent dat er geen tijd meer is om voor donker
een fiets te huren en langs de rivier te toeren. Dat kan dan hopelijk
later deze week. Weiwei merkt dat ik opgewonden ben en me gedraag
alsof ik thuiskom. De tuk tuks bij het Sorya busstation zijn enigs-
zins gereguleerd.
We spreken met onze chauffeur Walter (www.angkortuktukservice.com)
af dat hij morgen een grand tempel tour van zonsopgang tot zonsonder-
gang verzorgt. Voor $25. Een kleine tour is $15, maar Weiwei wil ook
naar de verder gelegen Banteay Srey. Helaas is de bakker deze dagen
gesloten. Dus kopen we in een supermarkt een zak met koekjes voor het
ontbijt en gaan vroeg naar bed.
Angkor Tempels
Woensdag 25 januari. Om vijf uur gaat de wekker. En dat is niet zo
lekker. Om half zes stappen we in de tuk tuk. Er staat vrij veel wind,
dat maakt het extra fris. Ik houd een tas voor mijn borstkas.
De entree voor een dag is $20. De foto op het pasje voor Weiwei is
goed gelukt, bij mij niet, vaak is het zo dat ik zelf de beste foto´s
van mezelf kan maken. Het is al druk bij Angkor Wat. We lopen naar de
vijver voor de tempel. De lucht kleurt een beetje rood, maar helaas is
er wat bewolking. Er zijn al veel mensen die ook op de zonsopgang
wachten. Pas wanneer we weglopen zien we de zon. Dit brengt enige op-
winding teweeg, maar valt toch tegen.
We lopen terug naar de tuk tuk en gaan eerst naar de verder gelegen
Banteay Srey. Het is nog steeds fris, maar de lucht begint warmer te
worden door de opkomende zon. Ook bij deze tempel is het al druk. Dat
valt volgens mij vooral te wijten aan de Chinese vakantieweek. Volgens
onze tuk tuk neemt het aantal Chinezen alleen maar toe en komen ze het
hele jaar door. De tempel is niet zo groot. Wel is er een nette toilet.
We eten wat koekjes en laten ons dan naar Easter Mebon rijden. Deze
tempel is veel rustiger. Op de hoekpunten staan beelden van olifanten.
Daarna rijden we naar Sra Srang. Een plateau tegenover de Banteay Kdei
Tempel net voor het enorme zwembad van de koning, beter te omschrijven
als een kunstmatig meer. Volgens onze tuk tuk is het zo groot omdat hij
heel veel vrouwen had. De verkoopsters bij het meer zijn een beetje
agressief omdat ze -terecht- bang zijn dat we elders gaan drinken. Het
is inmiddels al half één en we hebben nog wat tempels te gaan.
Daarna bezoeken we de Ta Prohm Tempel, die bij het grote publiek vooral
bekend is geworden doordat hier opnames zijn gemaakt van de Tombraider
film. Daar is het dan ook enorm druk. Ten opzichte van 2009 zijn er
meer houten loopbruggen aangelegd. En er is een gerestaureerde galerij
open. Een andere deel is nu gesloten. De tempel maakt een beter indruk
op me dan de vorige keer, maar behoort nog steeds niet tot mijn favorieten.
Weiwei gaat onderuit wanneer ze op een trap uitglijdt, op haar bibs,
door zand op treden. Ik had dichter bij haar moeten blijven zodat ik
haar kon opvangen, of tenminste moeten waarschuwen want ik gleed ook al
een beetje met mijn schoenen.
We lunchen in de buurt van het ´zwembad´ in een vrij duur restaurantje
($13) op de eerste verdieping. Elk een bananenshake en rijst met garnalen
en kip. Ik heb nog een blikje sprite, maar daar moet ik lang op wachten.
Weiwei legt haar hoofd even op de tafel om te rusten. Echt tijd voor rust
hebben we niet, want we gaan door naar de terrassen van Angkor Thom.
Eerst over een brug en door een poort. Bij de terrassen is het verrassend
rustig. We lopen tussen het terras van de 'Lepper King' en over het
Olifantenterras naar het paleis. Daar kunnen we niet in omdat we korte
broeken dragen, maar het is ook mooi om in de schaduw door het bos rond
het imposante rotsgebouw te lopen.
Regelmatig nemen we een korte pauze en drinken wat water. Onze tuk tuk
had ook nog twee flesjes voor ons mee. Het is slechts een klein stukje
lopen naar de Bayon Tempel. In 2009 begon ik hier. Ik weet de plekken
nog waar veel details op de muren te zien zijn. We lopen daarna naar
boven. Weiwei luistert mee met een chineestalige gids.
Bayon is vooral bekend vanwege de torens met in vier windrichtingen
een kop. Net als in 2009 zijn er op een hogere verdiepingen een groepje
jongeren in kostuums uit de Angkor tijd die een Apsara voorstelling
geven en poseren. Ik ben zo vriendelijk om een dollar te betalen,
terwijl andere bezoekers zich daar a dan niet wetend niks van aantrek-
ken en foto´s maken.
We gaan terug naar Angkor Wat om die nu wat uitgebreider te bekijken en
daar ook tot zonsondergang te blijven. Ik weet dat Angkor Wat aardig wat
tijd neemt en toch wel de belangrijkste tempel is. Bij het parkeerter-
rein voor de tuk tuk koopt Weiwei twee waterijsjes. We zitten eerst aan
de rand van de 190 meter brede grachten. Het fotolicht begint steeds
beter te worden.
Na de brug lopen we via de kleine ingang naast de hoofdpoort naar binnen.
Eerst lopen we rond de tempel en bekijken de verhalen die worden uitge-
beeld in de galerijen. Aan de achterkant gaan we naar binnen, en na
halve rond de binnenkant te zijn gegaan nog een verdieping hoger. Ik
vind nu minder apsara-danseresjes op de muren dan ik me kan herinneren
van 2009. We zitten een tijdje in de schaduw op grote brokken steen en
blijven daarna aan de galerij aan de voorkant in de zon zitten. Gelukkig
heeft Weiwei nog snoepjes mee.
Net voor het donker lopen we terug naar de tuk tuk. Net als vele andere
bezoekers verlaten we de tempels. We zijn zeer tevreden met wat we in
deze lange dag hebben kunnen zien. Ondanks de drukte. We laten ons bij
de Old Market afzetten en gaan bij Cool Corner eten: pasta, vis, shakes
en lemon juice voor $10.75. Weiwei gaat op de kamer eerst even rusten
terwijl ik mijn was van de afgelopen vier dagen doe.
Donderdag 26 januari. We hebben afgesproken om negen uur te vertrekken,
maar zijn iets later omdat we eerst balpennen en ballen kopen bij een
winkel waar ik de vorige keer schoolspullen heb gehaald. Eerst kopen we
een tas voor $3 bij Bloom om de spullen te kunnen dragen. Voor 5 keer
48 pennen betalen we $15. En $5 voor 10 ballen bij de buren. Het is nu
warmer dan gisteren. Toen ik vanmorgen wakker werd had ik een beetje
last van mijn keel en één vol neusgat Maar een flink ontbijt met een
Chinees gemberdrankje en een douche heeft wonderen gedaan.
Walter staat al te wachten wanneer we terugkeren bij het hotel. Hij
moet nog even wachten. Om kwart over negen vertrekken we. Wanneer hij
ziet dat we ballen meenemen, is hij zo vrij om één voor zijn dochtertje
van twee en een half te vragen. Ik heb hem gisteren toen we afscheid
namen naar haar leeftijd gevraagd, en speelde al met de gedachte om
iets voor haar mee te brengen. Maar de tijd gaat vaak zo snel om dat
soort dingetjes te regelen.
Kompong Phluk
De route naar Kompong Phluk loopt eerst een stuk via de drukke
nationale weg richting Phnom Penh. Daarna volgt een redelijke, maar
smalle asfaltweg, die overgaat in een zandpad met af en toe dips.
De entree is maar liefst $20 per persoon. Ik overtuig een stel uit
Oost-Europa dat dit dorp het geld waard is.
Walter rijdt bijna in het water wanneer er een tuk tuk van de andere
kant komt. Wij springen er snel af. Het is inmiddels half elf.
Op basis van een lijst wordt een jongen aangewezen die ons met zijn
boot naar het dorp brengt. Dat doet hij zeer rustig. Hij ziet dat we
spullen hebben meegebracht voor de school. Bij de tempel worden we
net als de vorige keren opgewacht door een groep vrouwen en meisjes
die aardig Engels spreken.
We bezoeken de school. Het is elf uur en van de klassen die gevuld
waren eindigt de les net. De pennen voor oudere leerlingen laten we
bij een jonge leraar achter want er zijn alleen kleintjes en die heb-
ben weinig aan pennen. De snoepjes vinden gretig aftrek. We geven de
ballen met de toevoeging dat ze die moeten delen, maar niet iedereen
heeft daar begrip voor. Ik vraag of de kinderen een liedje voor ons
willen zingen. Dat vond ik de vorige keer al zo mooi.
We lopen een stuk tussen de paalhuizen in de richting van het meer.
Aan de andere kant van de huizen liggen boten van de vissersfamilies
in het water. In het dorp zien we meisjes bingo spelen.
Naast de steentjes met nummers gebruiken ze daar zand voor. Bij een
ander huis is tot mijn verbazing een computer. Daar zit een plaatje
van Hello Kitty op ;-)
De boot brengt ons naar een drijvend restaurant verderop. Daar zijn
er dit keer meer van dan ik me kan herinneren. Bij beide vorige bezoeken
lag er alleen een restaurant onderaan de trap bij de tempel. Ik heb
pannenkoek met ananas en thee. Weiwei gebakken rijst met vis ($7.5).
Daarna laten we ons voor $5 per persoon op een klein peddelbootje
tussen de bomen varen. Een heerlijke ervaring. Zo rustig en fluitende
vogels.
Daarna brengt onze grote boot ons nog een klein stukje op het meer.
Een enorm meer. Om drie uur stappen we weer op de tuk tuk voor de
terugweg en een uur later zijn we in Siem Reap. We rusten even en
kopen op de Old Market voor $2 per stuk T-shirts voor mijn neefjes
en nichtje. Uiteraard beginnen ze met vijf of zes dollar te vragen.
´s Avonds eten we bij Cool Corner: Fish amok, soep, mango shake en
lemon juice voor $10. Daarna nemen we een Khmer massage bij mijn vaste
plek voor massages. Narin (27) doet mij. En een jongere collega neemt
Weiwei onder handen. Ze beginnen met de voeten en benen en eindigen
met een hoofdmassage van achteren. De meiden hebben veel plezier, nog
meer wanneer een andere cliënt begint te snurken. Wanneer Narin
ontdekt dat ik onder mijn voeten gevoelig ben, gaat ze me daar bewust
daar nog een paar keer plagen.
Vrijdag 27 januari. Na een rustig ontbijt huren we elk een fiets bij
mijn vaste verhuurder en leggen mijn favoriete route langs de rivier
af. De eerst brug bij een dam is afgesloten, dus moeten we een brug
verder nemen om het water over te steken. We eten een knapperige wafel,
al ben ik wat huiverig voor straateten. Ik herken kinderen waar ik bal-
lonnen heb gebracht net als anderen krijgen ze weer ballonnen.
Bij één van de scholen worden kinderen opgehaald. Weiwei helpt mee om
vijf kleintjes op één motorbike te krijgen. Soms rijden ze met z´n
tweeën op veel te grote fietsen.
We drinken wat bij meneer Long. Hij is ook nieuwsgierig naar Weiwei.
Terwijl wij daar zitten, krijgt hij af en toe een klant. Iemand die
een liter brandstof, een bus met gas, koekjes of een andere kleinigheid
koopt. Het is een kleine onderneming. Hij wil weten hoeveel talen ik
spreek. In welke landen ik ben geweest. Wat mijn camera kost. Hij
vraagt zelf of ik zijn zoontje naar Nederland kan nemen. Niet letter-
lijk, maar hij informeert indirect.
Hij heeft een veel te rooskleurig beeld van de westerse wereld. Ik
probeer hem dat uit te leggen. Hij kan jaloers zijn op mij, in wezen
ben ik jaloers op hem. Op zijn ´simpele´ leven. Hij heeft een gezin,
een dochter en een zoontje en volgens mij helemaal geen slecht leven.
Er klinkt verbittering in zijn stem, maar dat lijkt me niet nodig.
Op het einde maken we mooie foto´s tussen de rijstvelden. Terug nemen
we de hoofdweg, zodat we wat sneller zijn. Weiwei haar bibs begint
zeer te zoen. We lunchen bij Cool Corner. Ik heb gebakken rijst met
ananas en mangoshake. Daarna rusten we op de hotelkamer en pakt Weiwei
haar bagage. Om vijf uur komt een vriend van Walter om ons met zijn
tuk tuk naar het vliegveld te brengen. Visa versa kost dat $7. Enkele
reis is een half uur. Ik heb inmiddels $5 bijeen gezucht...
Onderweg naar het vliegveld halen we andere tuk tuks in met Chinezen
aan boord. Weiwei is ruim op tijd voor haar vlucht. Het is jammer dat
ze maar zo kort kon blijven, maar we hebben een hele mooie tijd gehad.
De tijd ging snel, maar ik ben zeer verheugd dat ik Weiwei deelgenoot
heb kunnen maken van mijn liefde voor dit land en de mensen. We hebben
een prachtige tijd gehad.
Ik eet bij Cool Corner. Aan de tafel tegenover mij zit een oudere man.
Hij lijkt deze plek te kennen, maar ik heb hem nog niet eerder gezien.
Even later spreekt hij me aan. Het is een Schot. Zijn naam is Colin.
Hij woont hier regelmatig en geeft gratis Engelse les. Hij zit 's
avonds graag in de Laundry Bar om de hoek. Volgens hem kunnen de
kinderen vanaf zes jaar twee a drie uur per dag gratis naar school,
maar dan leren ze voornamelijk Khmer lezen en schrijven. Voor andere
lessen moeten ze een andere dagdeel naar een betaalde school.
Zaterdag 28 januari. Na het ontbijt was ik onder andere een lange
broek die ik in Thailand droeg en en op de terugweg in het vliegtuig
wil dragen. Daarna loop ik naar Cool Corner en selecteer foto´s van
de afgelopen negen dagen met een mangoshake binnen lipbereik. Voor
de lunch neem ik een pannenkoek met ananas en honing. Die is hier ver-
rukkelijk! Daarna nog een lemon juice. Ook die bevalt me erg goed.
Het is voorspelbaar wat ik aan drinken bestel.
Ik pauzeer lang op mijn kamer en wanneer ik daarna over de hoofdstraat
loop, ontdek ik het restaurant Loft, waar Thida van vijf tot tien werkt.
Dat blijkt het voormalige Dead Fish te zijn, een ongewoon restaurant
met een soort van vogelnesten met zitjes en podiums. De nieuwe eigenaar
is een Chinese die hier al jaren woont. Door de witte muren lijkt het
nu netter. Helaas zijn de gerechten vrij prijzig.
Thida is blij mij weer te zien. We praten bij. Omdat ze moet werken,
loop ik na enkele minuten door en raak bij een Khmer-China ziekenhuis-
je in gesprek met verpleegsters die spelletjes spelen op een computer
en in een schommelstoel zitten. Het ziekenhuis heeft Chinese artsen in
dienst. Eén van de verpleegster is haar familie in Phnom Penh ontvlucht
omdat ze een oude en rijke Chinese fabriekseigenaar moest trouwen.
Ze is 27. Hier draait ze nachtdiensten van zeven tot zeven! Daarnaast
studeert ze nog. Ze leert ook Chinees. Er lijkt tijdens het werk veel
tijd te zijn om dat te doen. Ik zal haar naam achterwege laten, voor
het geval haar familie haar via mijn site op het spoor kan komen.
Ik dineer bij Cool Corner: vis met gember en lemon juice. Uit voorzorg
voor mijn keel, lijkt me een maaltijd met gember wel goed. Ik haal een
ouder Brits echtpaar over om hier te komen eten. Zij is in Hong Kong
geboren, maar op haar tweede naar Engeland getrokken. Haar man heeft
later in Hong Kong als militair gediend. Ze hebben al wat ervaringen
in Azië en zijn ook twee keer in het vaste land van China geweest.
Vooral de vrouw is zeer vriendelijk en spraakzaam. Ze nemen op mijn
aanraden na een biertje elk een lemon juice.
Na haar werk loopt Thida nog even met me mee over de nieuwe ´night
market´. Ze koopt een jurkje. Sober en eenvoudig. Niet zo mooi, maar
ze heeft een andere smaak dan de verkoopster en ik.
Zondag 29 januari. Ik ben begonnen om mijn bagage te herschikken.
Een oud wit en een zwart T-shirt gaan in de vuilnisemmer. Ik moet de
Hermansboeken mee terugnemen en ben bang dat ik boven de 20 kilo uit
kom, dus voor ik hier vertrek zal ik nog meer mijn best moeten doen.
De vijf kledinghangers uit Thailand laat ik hier achter. De jongen
die het ontbijt serveert krijgt twee schrijfblokjes van mij. Die heb
ik nauwelijks gebruikt, omdat ik in tegenstelling tot voorgaande
reizen meestal notities op mijn mobiel maak of de verslagen snel op
mijn netbook bijwerk. Hij is er zeer content mee: I need that!
Dan laat ik nog wat foto´s afdrukken. Onder andere van het massage-
meisje Narin. Die is daar blij mee, maar ze is altijd vrolijk. Ze
heeft een Ierse vriend. Hij komt hier binnenkort. Ik eet bief lok
lak met thee bij The Only One ($6). Na een pauze op mijn kamer neem
ik een kijkje bij Thida en koop dan twee paar slippers voor de ver-
pleegster uit Phnom Penh. Gisteren zag ik dat ze een versleten paar
met stoffen hondjes erop had. Ik kies een paar met aardbeien en een
hipper/steviger paar. Ik geef haar ook een setje van de klompjes uit
Nederland. Daar had ik nog twee van over.
Daarna eet ik bij Cool Corner: het tweede Khmer menu set, een com-
binatie van diverse Khmergerechten in blad geserveerd ($6). Een
beetje veel voor één persoon, maar weer overheerlijk. Samen met een
mangoshake en lemon juice ben ik $8,5 kwijt. De Deense meisjes van
gisteren zijn er ook weer en even later komt het oude Britse echt-
paar weer. Ik bewonder het dat ze nog dit soort reizen ondernemen.
Volgend jaar gaat ze naar haar broer in Australië. Die wil ze -maar-
één keer per jaar zien. Ze zijn overvriendelijk. Vandaag hebben ze
Banteay Srey bezocht. De vorige keer aan het einde van de middag.
Vandaag eerder op de dag vanwege het fotolicht. Hij loopt net als
ik ook vaak met twee camera's. Dit is niet zomaar een echtpaar. Ze
zijn ondernemend en hebben een grote algemene kennis.
Maandag 30 januari. Bij de massagesalon praat ik even met de meiden.
Dit keer zit er een oudere man uit Gold Coast, Australië. Hij is
net gearriveerd en wacht tot zijn kamer om elf uur beschikbaar is.
Hij gaat net als Colin voor niks Engelse les geven. Hij kent deze
salon. Minstens twee van de meiden zijn getrouwd. Eén van hen is
op dit moment zwanger en ze stopt over twee maanden met haar werk
om voor haar moeder te zorgen. Ik wissel wat ervaringen uit met de
vriendelijke man uit Australië.
Ik geniet een lange lunch bij The Only One. Er zijn veel Franse
gasten. Gezichten die ik eerder heb gezien. Ik heb een matige omelet
met salade en een pot thee ($5). Daarna neem ik een mangoshake bij
de buren, bij Cool Corner. De serveersters glimlachen hier altijd,
maar blijven heel bescheiden.
Ik koop voor $3 enkele ballen in verschillende maten op de Old Market.
En zonder een dutje te doen huur ik vrij laat nog een fiets om bij
enkele bekende plekken langs de rivier ballen af te geven. Bij de
laatste familie aan de rechterkant geef ik ook de stoffen tas die ik
van het hotel in Yogyakarta heb gekregen. De vader geeft een dochter
opdracht om mij een flesje water te geven.
Ik geniet van een laatste ritje langs de rivier en geef bij een
andere familie ballonnen. Een heel mooi meisje heeft een grote kale
plek op haar hoofd. Ik durf niet te vragen waarom dat zo is.
De familie is vriendelijk. Ze zijn het avondeten aan het voorbereiden.
Ik mag mee-eten, maar sla dat af.
Dan krijg ik telefoon van Saerey. Ze is net teruggekomen uit Vietnam,
maar is niet echt fit. Wanneer ze zich beter voelt, dan kunnen we
elkaar wellicht ontmoeten. Vervolgens krijg ik een telefoontje van
Sophorn. Die wenst me een goede terugreis. Even later krijg ik
telefoon van Thida. Ze heeft vandaag vrij genomen en vraagt of ik
vanavond naar wat wil rondlopen, zoals we een paar keer eerder hebben
gedaan. Maar ik zeg dat ik misschien een vriendin ontmoet. Na het
avondeten hoop ik haar meer duidelijkheid te kunnen geven.
Ik ontmoet Thida bij haar huis. Ze staat toevallig net voor haar
ouderlijke huis. Ze verbaast zich er steeds over dat ik Cambodjanen
zo mooi vind. Bij meneer Long vinden ze mijn huidskleur mooi, terwijl
ik zeg dat een kleurtje er veel gezonder uit ziet.
Omdat het al laat is, rijd ik via de grotere weg aan de andere kant
van de rivier terug naar Siem Reap.
Langs deze weg zijn ook taalscholen en organisaties die weeskinderen
opvangen. De weg krijgt een nieuwe asfaltlaag en is inmiddels minder
stoffig dan in het begin van de maand.
Voor het eten loop ik nog even bij de verpleegsters van het ziekenhuis
langs. Ze hebben net een cliënt. Een blanke man. Het meisje uit Phnom
Penh moppert dat blanke mannen in Thailand seks zonder condoom hebben.
Indirect weet ik nu waarom die man hier is. Hij heeft gonorroe opge-
lopen. Hij krijgt een recept mee en ze sturen hem in de richting van
een pharmacy. Ik eet gebakken rijst met kip (nasi) bij Cool Corner.
Aan de tafel naast de mijne komt een jonge vent uit Noorwegen zitten.
Hij heeft nog twee dagen en vraagt me wat hij in die tijd kan doen.
Ik raad hem uiteraard aan om een fiets te huren. Hij gaat nog naar
het noorden van Vietnam.
De serveerster haar man blijkt de kok te zijn van een guesthouse met
een Nederlandse eigenaar. Ik ken dat guesthouse van internet. Het
ligt buiten Siem Reap. Ze zijn nieuwsgierig naar mij. Boven het ter-
rasjes hangen vlaggen. De eerste is de Nederlandse. Hij zegt dat het
moeilijk was om aan zo´n vlag in dit formaat te komen.
Een Nederlander heeft ´m meegebracht. Ik vertel dat ik in April terug
kom.
Dinsdag 31 januari. Bij het ontbijt neem ik afscheid van de jongen
die altijd bedient. Hij is drieëntwintig en volgt een avondstudie.
Hij hoopt een betere baan te kunnen krijgen. De laatste ballonnen
laat ik achter voor de kinderen van de massagemeisjes en hun familie.
Ze vechten er zelfs om :-)
Ze noemen ze "plom pain pain".
Bij de bakker koop ik iets voor onderweg op het vliegveld.
Ik houd een lange lunch ($6,25) met mijn netbook bij Cool Corner en
laad de foto's van de laatste dagen naar mijn website. Ik eet gebak-
ken rijst met ananas, beginnend met een mangoshake en ik eindig met
twee glazen lemon juice. De laatste keer, want thuis drink ik dat
nooit. Bij The Only One is het nu erg rustig. Rond één uur komt het
kleintje even bij me praten. Ze doet een universitaire studie
accounting van vier jaar en wil graag bij een bank werken. Ik hoop
dat dat lukt. Bij haar is het zo dat ze bijna nooit iets in één keer
begrijp. Niet de meest snuggere om een gesprek mee te voeren. Maar
wel een heel lief en mooi meisje.
Pas tegen half drie krijg ik telefoon van Saerey. Ze verontschuldigt
zich dat ze niet kon. Maar haar kennissen uit Frankrijk zijn nog hier.
Die gaat ze morgen naar Bangkok terugbrengen. Ik zeg dat ik rond het
Khmer nieuwjaar een paar dagen terugkom. Ze zegt dat ze dan een
cadeautje van mij wil. Ik heb geen idee wat ik moet geven.
Om half drie loop ik terug naar mijn hotel en neem ik een tuk tuk
voor $5 (zonder af te dingen) naar het vliegveld. Het is een jonge
en bescheiden vent die niet veel ervaring lijkt te hebben met buiten-
landers. De rij voor het inchecken is klein. Mijn koffer weegt 19 kilo.
Ik heb ook nog de douche- en shampooflessen weggegooid. Ik was bang
dat ik boven de 20 kilo zou uitkomen en had uit voorzorg al drie reis-
gidsen in mijn fotorugzak gedaan. In Singapore kan ik dus weer wat
terugstoppen. Ook bij het verlaten van het land worden vingerafdrukken
gemaakt.
Door slecht weer elders, hebben diverse vluchten vertraging, maar voor
mijn vlucht valt dat mee. De piloten van Jetstar zijn niet de jongsten
meer. Misschien freelancers die ooit voor Qantas of Singapore Airlines
hebben gewerkt. Eerst moeten we naar Phnom Penh. Daar krijgen we een
transitpas en moet de handbagage weer door een scanner. Er is tijd
genoeg om even naar het toilet te gaan en eventueel wat drinken en
eten te kopen. Ik heb een kokosbroodje en een muffin bij me.
Een deel van de passagiers blijft hier, maar het toestel raakt weer
weer vol door nieuwe passagiers. Ik krijg kauwgom van een jonge vent
naast me. Hij heeft mooie foto's gemaakt met zijn iPhone.
Ik heb dit keer niet zo heel veel aandacht aan de foto's besteed,
maar meer dan ooit genoten van Cambodja. Het enige wat nog ontbrak
waren de avondritjes met een motorbike of tuk tuk met de (voormalige)
meiden van The Only One. Daar heb ik mooie herinneringen aan. Zowel
Ratanak als Saerey hadden weinig tijd voor mij. Terwijl ik dit keer
meer tijd had. Maar ik heb nieuwe contacten gemaakt, een prachtige
tijd gehad met Weiwei, en me geen moment verveeld.
Het is er niet van gekomen om met Weiwei naar het Noord-Koreaanse
restaurant te gaan, maar dat heeft verder weinig met Cambodja te
maken.
Ik dub nog wel eens over wat ik soms kan geven. De man in de rolstoel
bij het River Star hotel zou best ander werk kunnen doen, in plaats
van boeken te verkopen. En hij ziet er niet uitgehongerd uit. En de
jongens in Siem Reap die steeds met hun gelikte praatjes en twee
boeken langskomen, mopperend dat ze honger hebben. Op de één of
andere manier heb ik daar wel genoeg van. Ik geef liever iets aan
de families die langs de rivier wonen, of aan mijn lokale vrienden.
Ik voel me thuis in Cambodja. De hotels en guesthouses zijn vaak zeer
goed. Het vervoer is makkelijk geregeld en zeer betaalbaar, het
eten meer dan uitstekend. Sinds Indonesië heb ik de gewoonte om wanneer
iemand vraagt waar ik vandaan kom, te zeggen: "The Moon". Dat levert
vaak leuke reacties op en vervolgens veel ontspannen gelach tijdens
gesprekjes. De tuk tuk en motorbikes ben ik vaak voor door te roepen:
"Hello, where do you come from, need a tuk tuk?" En verkoopsters van
kraampjes: " Want to buy something, T-shirt sir, very cheap!"
Het kan vervelend zijn, dat gezeur aan je hoofd, maar het hoort er
allemaal bij.
Tot ziens Cambodja!
Singapore
Met enige vertraging landen we in Singapore. Een mooie plek om te
landen, met een verlichte stad en schepen op zee. Ik ben snel door de
douane, die formaliteiten stellen hier weinig voor, maar de bagage
laat even op zich wachten. Ik heb heel snel een taxi. Voor S$ 20
brengt die me naar mijn hotel. De kamer is uitstekend. Ik heb voor
het eerst sinds lange tijd een waterkoker en ga vanavond niet meer
naar buiten. Het is inmiddels tien uur geweest. Een uur later dan in
Cambodja. Wat is het lang geleden dat ik toiletpapier door kon spoelen...
Ik skype nog even met Weiwei en ga dan slapen.
Woensdag 1 februari. In de nacht word ik badend in het zweet wakker.
Ik voelde me gisteravond al niet zo goed. Pijn in mijn heupen en ik ben
met een ibuprofen in slaap gevallen. Na een douche en een schoon T-shirt
slaap ik verder op de andere helft van het bed. En blijf wat langer op
mijn kamer tot ik trek begin te krijgen. Ik loop Geylang Road af en
koop wat cakejes en bezoek dan het Rochor Beancurd House.
Het meisje van de bediening herkent mij onmiddellijk. Ik vraag hoe de
trouwerij was en zij is nieuwsgierig naar mijn reizen. Eén van de meisjes
van het personeel komt uit Myanmar. Volgens hun is het vrij eenvoudig om
voor mensen uit dat land en uit de Filipijnen hier te komen om te werken.
Die hebben een goede reputatie. Ze raden me aan om naar Myanmar te gaan.
Ik begin daar ook steeds meer voor te voelen. In River Star heb ik foto's
gezien van een jonge Engelsman die daar net was geweest. Ik krijg twee
mandarijnen mee. Dat is een traditie van Chinezen bij het Nieuwjaar en
brengt geluk.
Aan het einde van de middag neem ik de MRT naar Bugis. Singapore is zo
modern en schoon. De gezichten van de mensen zien er minder vrolijk en
ontspannen uit dan in Cambodja. Ik zie bijna nergens kinderen. Het straat-
leven is eigenlijk alleen 's avonds interessant. Bij de Subway onder het
Raffles ziekenhuis eet ik een foot long met chicken breast (S$8,80) en in
Bugis Street haal ik drinken. Ik laat me weer kort masseren in de massage-
salon onder het Landmark Hotel en neem dan de MRT terug zodat ik voor het
slapen gaan nog met Weiwei kan skypen.
Donderdag 2 februari. De laatste dag in Singapore. Net voor middernacht
gaat mijn vlucht met Lufhansa naar München. Ik blijf lang op mijn kamer
en eet de mandarijntjes en druiven. Voor de lunch ga ik weer naar het
beancurd house. In het begin van de middag regent het. Mijn avondeten
haal ik bij Bread Talk bij het MRT station, want in het vliegtuig krijg
ik wel weer warm eten. Om acht uur ben ik weer op mijn kamer om te douchen
en voor het eerst sinds lange tijd een lange broek aan te trekken en nog
even te skypen met Weiwei. Ze heeft me vandaag ook gemaild.
Even na negenen check ik uit en heb in de straat van mijn hotel al snel
een taxi (S$ 17) naar het vliegveld. Naar Terminal 2. Het inchecken en
de douane gaan zeer vlot, waardoor ik nog ruim tijd heb op het ontspannen
vliegveld van Singapore. De koffer weegt nu 19,4 kilo. Maar ik bedenk me
dat de bagage nu 23 kilo mag zijn, die 20 geldt voor de budgetmaatschap-
pijen en veel binnenlandse vluchten in Azië. Ik heb iets meer dan S$ 7
overgehouden. Die wil ik bewaren voor april om wat te drinken kunnen
kopen. Ik stuur nog een mail naar Weiwei en een sms naar mijn ouders.
Rond half twaalf begint het boarden aan Gate 4 van de enorme Airbus A380.
In het midden blijven vrij veel lege plekken over. Naast mij zit een
sympathieke jonge Duitser die vijf weken in Nieuw Zeeland is geweest.
Hij heeft al acht uur vliegen achter de rug. En nog vijf uur overstaptijd.
Ik draag een singlet, T-shirt en wanneer het koeler begint te worden
nog een shirt met lange mouwen. De kip en groente zijn niet zo smaakvol.
Het eten van Lufthansa valt me dit keer een beetje tegen. Het entertain-
mentsysteem met touchscreen is ook niet zo'n succes. Ik probeer vooral
veel te rusten, maar heb regelmatig last van maagkrampen. In het begin
zijn er bovendien langdurige periodes met turbulentie. Niet heftig,
maar wel storend.
München
Om vijf voor zes landt het toestel op het vliegveld van München.
Volgens de piloot is het minus veertien graden! Er ligt geen sneeuw op
de baan. De lucht is helder. Terminal 2 lijkt vrij nieuw. Ik ben hier
nog niet eerder geweest. Bij de controle naar de gates voor aansluitende
vluchten moet ik mijn fotocamera uit de tas halen. De beambte wil door
de zoeker kijken en ik moet een recente foto laten zien. Dat heb ik nog
niet eerder meegemaakt! Bij de gates is gratis warm drinken, aangeboden
door Lufthansa. Ik kan even bijkomen van de lange vlucht en tegen half
negen boarden voor nog bijna anderhalf uur naar Schiphol.
Wanneer ik net als een twintigtal andere passagiers in de vliegveldbus
sta, inmiddels met een jasje, want het is berekoud, gelukkig schijnt
de zon, blijkt dat er een probleem is met het toestel. We moeten eerst
tien minuten in de bus wachten, maar mogen dan terug naar de hal, want
het gaat langer duren. Na nog een paar omroepberichten blijkt dat we
een ander toestel krijgen en er op een later tijdstip een nieuwe
boardingtijd wordt omgeroepen. Met de overdracht van bagage gaat dat
nog wel even duren, denk ik dan.
Eén van de andere passagiers weet te melden dat het in Amsterdam sneeuwt.
De omroepster meldt dat er nog geen nieuw toestel is gekozen en veront-
schuldigt zich voor het ongemak. De mondige passagier suggereert dat ze
dan wel iets aan kunnen bieden. Even later blijkt de vlucht te zijn ge-
annuleerd. We kunnen die omboeken via Frankfurt. Dus rent het groepje
wachtenden naar de customer service van Lufthansa.
De nieuwe vluchten worden:
LH 107, MUC - FRA 10.35 - 11.00 Gate G16
LH 992, FRA - AMS 12.35 - 13.45 Gate B13
Om 10.35 gaat de eerste vlucht naar Frankfurt. Dat is al snel.
Het toestel zit bijna vol, ik heb een stoel op de laatste rijd. Het
echtpaar met het grappige jochie stapt als laatste in. Ik zag hun in
Singapore bij het boarden. Ze komen uit Jakarta. Er is ook een groep
Fransen die vanuit Marseille via München naar Amsterdam willen.
Frankfurt
Met enige vertraging landen we in Frankfurt. De gate was nog bezet
door een ander toestel. We moeten overstappen van de A-vleugel naar
Gate B13. Daar heb ik opnieuw vertraging doordat de boardingkaarten
van de Indonesiërs en andere Aziaten niet in orde lijkt te zijn. Op
een gegeven moment laten ze mij eerst door, maar de bus onderaan de
gate blijft wachten op de Aziaten. We komen als laatsten aan board van
een behoorlijk vol toestel. Ik zit nu op de één na laatste rij.
De gezagsvoerder heeft de teleurstellende mededeling dat Schiphol
vanaf één uur vanmiddag door sneeuwval tijdelijk gesloten is. Om twee
uur is de ergste sneeuwval voorbij en kan worden geruimd. Slechts één
baan! Typisch Nederland. Ik vermoed dat andere luchthavens bij sneeuw-
val veel sneller opereren. Vluchten die nog in de planning staan, kunnen
doorgang vinden. Onze vlucht krijgt nu een vertrektijd van 15.15.
De stewardessen brengen water en vruchtensap rond. We moeten bijna twee
uur wachten, maar het is wel de bedoeling dat we vertrekken. Mensen die
alleen handbagage hebben en het willen, krijgen toestemming om het
toestel verlaten. Er staat al een bus gereed. Dat levert ook wat ruimte
en lucht op.
Om drie uur kunnen we al vertrekken. Het is in Frankfurt net als in
München schitterend winterweer, koud maar zeer zonnig. Heerlijk vliegweer,
aldus de piloot. Dat is anders wanneer we boven Nederland door de
bewolking zakken. Overal een grijze lucht en het hele land ligt onder
een witte deken. De landing is een beetje spannend, maar geslaagd.
Er zijn zelfs mensen die klappen. Volgens de piloot is het minus vijf
graden.
Schiphol
Wanneer we naast de B-vleugel staan, komt de teleurstellende mededeling
dat de plek voor het vliegtuig nog sneeuwvrij gemaakt moet worden. Even
later dat die actie wel op een lijst staat, maar we nog wel even moeten
wachten voor we aan de beurt zijn.
Naast mij zit een vrouw uit Ierland die in Bosnië voor een Europese
mensenrechtenorganisatie werkt. Ze gaat dit weekend naar Den Haag, naar
vrienden. Ze vertelt over de corruptie in Bosnië en de deprimerende
houding van de mensen. Haar contract eindigt in april en ze hoopt ergens
anders te kunnen gaan werken. Uiteindelijk zitten we zo ook nog ruim
drie kwartier in het toestel. Op een gegeven moment mogen mensen die het
echt niet meer kunnen volhouden, opstaan en naar het toilet. Normaal
gezien mag je pas aan de gate weer je stoelriem los maken.
De gangen op Schiphol zijn overvol met mensen die wachten op hun ver-
traagde vlucht of in een rij staan om hun geannuleerde vlucht om te b
oeken. Ik heb verrassend snel mijn koffer. Daar haal ik mijn trainings-
jackje uit. Ik draag nu een zomerse lange broek, een singlet, T-shirt,
shirt met lange mouwen, trainingsjackje en een dun blauw regenjasje.
Dat moet voldoende zijn.
De informatieschermen voor de treinen zijn bijna allemaal leeg. Ik neem
de roltrap naar beneden. Er rijden geen treinen in de richting van
Utrecht, maar er komt net wel een Fyra die naar Amsterdam Centraal gaat.
Ik hoop daar de Sprinter in de richting van Rotterdam te nemen, dus
vraag ik aan de conductrice of ik mee mag. Dat mag!
Naast mij zit een jonge vrouw met rode laarzen. Haar sjaal komt op mijn
schouder. Ze verontschuldigt zich. Ik reageer door te zeggen dat ik
helemaal niet op dit weer ben gekleed. We raken aan de praat. Ze heeft
een buurman die uit Mongolië komt. Hij heeft haar en haar vriend uit-
genodigd om in de zomer een huwelijk bij te wonen. Ik krijg chocolade-
bonbons van haar. Net voor Amsterdam moeten we ruim een half uur stil-
staan, volgens de conductrice omdat er maar een paar sporen en perons
open zijn.
Ik loop met mijn koffer via de tunnel direct naar spoor 4B en daar staat
al een trein gereed richting Rotterdam. Die vertrekt om zeven uur, met
een half uur vertraging. Ik ben al lang blij dat er tenminste nog een
trein gaat, anders was ik in Amsterdam gestrand.
Naast mij zit een vrouw uit Rotterdam die vanmorgen naar een congres in
Groningen is gegaan en door de aangekondigde sneeuw al om twee uur van-
middag weer aan haar terugreis is begonnen. Zij kon niet via Utrecht
reizen en heeft net als ik een tijd voor Amsterdam Centraal stilgestaan.
Aan de andere kant. Om 19.51 stap ik de trein uit en heb de mazzel dat
er een taxi staat, want het is onbegonnen werk om mijn koffer - met
kleine wieltjes - door de sneeuw te slepen. De taxi wacht eigenlijk op
iemand anders, maar die is nog niet op komen dagen. Voor euro 8,80 word
ik thuisgebracht.
** THE END **
Johan (3 maart 2012)