Sicilië 2017
    
    
    Dit is het vervolg op het reisverslag Malta 2017. Ik ben op het vliegveld van Malta en sta op het punt om naar Sicilië te vliegen. Ondanks een lange rij ben ik snel door de beveiliging. In de hal is het wachten tot de gate op het scherm verschijnt. Malta heeft een klein en eenvoudig vliegveld. Pas veertig minuten voor vertrek komt gate 8 op het scherm. Dan is het even druk bij het boarden omdat er weinig bussen zijn. RyanAir gebruikt een oude Boeing 737-800, veiligheidsinstructies zitten op de hoofdsteunen voor je neus. Dat doet een beetje beangstigend aan. Er zitten geen vakjes in de stoelen. De vlucht duurt ruim een half uur. Alleen in Azië heb ik soortgelijke korte vluchten gehad. Geschiedenis
      Sicilië is het grootste eiland in de Middellandse Zee, ongeveer halverwege het oostelijk en het westelijk bekken. Het is ongeveer tweeëneenhalfduizend jaar een brug tussen volken en beschavingen geweest. Tegen het einde van het tweede millennium v.Chr. moet die brugfunctie begonnen zijn, om pas tegen het einde van de Middeleeuwen te eindigen. Grieken uit de Myceense wereld, Feniciërs, opnieuw Grieken, Carthagers, Romeinen en andere Italiërs, daarna Goten en Vandalen, Byzantijnen en Arabieren en later in de Middeleeuwen nog eens Normandiërs, Fransen en Spanjaarden - ze hebben allen hun sporen op het eiland achtergelaten. In de eenwording van het Middellandse Zeegebied, culminerend in het Romeinse Rijk, speelde Sicilië een cruciale rol als doorgeefluik van politieke organisatievormen en economische concepten, van literatuur en beeldende kunst, van religieuze en filosofische ideeën, zodat deze geschiedenis van het eiland in de Oudheid als een compendium van de hele antieke geschiedenis valt te lezen. (Bron: Sicilie in de oudheid, Henk Singor) Liefst twee duizend jaar profiteerde Sicilië van zijn centrale ligging in de Middellandse Zee en zijn nauwe banden met Noord-Afrika. Onder de Carthagers en de Romeinen waren die een bron van rijkdom, en dat bleef zo in de tweeënhalve eeuw van Arabisch bestuur (827-1072). De vorsten van het Normandische huis Hauteville, dat Sicilië veroverde op de Kalbiden-emirs, maakten Palermo tot hoofdstad van een Mediterraan koninkrijk dat nauwe relaties behield met islamitisch ‘Ifriqiya’. Pas in de 16de eeuw, toen Karel V Sicilië erfde van zijn Spaanse grootouders Ferdinand en Isabella, verloor Sicilië zijn bevoorrechte positie door de botsende imperiale ambities van Spaanse Habsburgers en Ottomaanse Turken. Van een verbindende schakel tussen twee werelden werd het een frontlijn tussen twee mogendheden in oorlog, die elkaar ook het primaat betwistten van de eigen godsdienst. De herinnering aan de vier eeuwen dat de meeste Sicilianen Arabisch spraken en moslim waren, werd hardhandig uitgewist door de Spaanse Inquisitie. Van een regionale mogendheid werd Sicilië een armlastige periferie van Spanje. Ook toen bleven er banden bestaan met ‘de overkant’. Aan het begin van de 19de eeuw zochten politieke ballingen uit het Koninkrijk der Beide Siciliën, dat werd geregeerd door een Spaanse tak van de Bourbons, hun toevlucht in de havensteden Tunis en Algiers. De Sicilianen die achterbleven vochten met Garibaldi tegen de Bourbons en maakten het eiland in 1860 deel van het nieuwe Italië. (Bron: Sicilie. Eiland in het midden, Dirk Vlasblom)
    Bij Catania is het bewolkt maar droog. Weer moeten we in vliegveldbussen. Het is behoorlijk druk bij de autoverhuur. Om kwart over vier zit ik pas in de auto. Ze hebben mij een Citroën C3 Picasso meegegeven. Met een ruw klinkend 1.6 liter dieseltje. Onderweg naar Agrigento zijn enkele wegwerkzaamheden. Toch lukt het om voor zonsondergang te arriveren. Inclusief inkopen doen bij een Lidl aan de oostkant van de stad. Agrigento Mijn bed & breakfast is in de buurt van de Turken trap ten westen van Agrigento. Gelukkig heb ik een huisnummer, anders was het lastig te vinden geweest. Het ligt aan een doorgaande weg. Wanneer ik voor het hek sta, zie ik iemand op een balkon telefoneren. Ik druk op de bel, even later arriveert een auto. Een jonge vrouw en een man stappen uit. Ze spreken nauwelijks Engels. De kamers zitten onder een appartementengebouw. Het terreintje wordt door een hek afgesloten. Ik krijg mijn offer niet open. Voor de derde keer is de code van het cijferslot automatisch veranderd. Met behulp van een ijzerzaag en tang krijgen we 'm gelukkig open. Donderdag 12 oktober. Ik ben inmiddels achter de meest recente cijfercode. Eerst wijzigde het eerste cijfer, toen het tweede, nu was het derde een positie veranderd. Wanneer ik wist dat er 'structuur' in zat, dan had ik ´m dus zonder geweld open kunnen krijgen. Het grotendeels zoete ontbijt is pas om half negen. Eerst loop ik naar een ATM, want je kunt hier alleen cash betalen. Dat geldt ook voor morgen. Dan moet ik een stukje terugrijden naar Agrigento, naar de ingang van het archeologische park aan Via Panoramica Templi bij de tempel van Hera. Daar is betaald parkeren tussen boompjes. De entree is euro 10. Een tikkeltje duur. Het oude Agrigento is in 581 v.Chr. gesticht door Griekse kolonisten uit Cela, Kreta en Rhodos. In 406 v.Chr. bezweek het alweer door herhaalde aanvallen van Carthagers. Ik wandel heen en terug door het archeologische park, tot over de weg die het park doorkruist. Halverwege is een café waar een man bij de wc's een schaaltje met geld in de gaten houdt. Meer doet hij niet. Hoogtepunt is de Concordia tempel. De best bewaarde tempel van Agrigento en ook één van de drie best bewaarde van de hele Griekse wereld. In de zesde eeuw n.Chr. is er zelfs een kerk van gemaakt. Er zijn opvallend veel Amerikanen. Ook een groep studenten die teksten oreren. De korte periode parkeren heeft me euro 3 gekost. Scala dei Turchi Vervolgens rijd ik nogmaals naar de Turkse trap. De auto parkeer ik net als anderen langs de weg. Via trappen en terrasjes kom ik bij het strand. Dan een stukje langs zee lopen en de Turkse trap beklimmen. Wat deze klif zo mooi maakt, is ongetwijfeld de kleur van de steensoort "marna", een witte sedimentaire kalksteen.Het is een geliefd plekje voor zonneaanbidders. De witte rots is bijzonder populair. Selinunte Onderweg naar Selinunte stop ik één keer om te lunchen. Het archeologische park stel ik uit tot later op de middag vanwege beter fotolicht. Daarom loop ik eerst naar het haventje van Selinunte. Het blijkt een heel gemoedelijk plaatsje. Om kwart voor vier koop ik een kaartje voor euro 6. Alleen de meest intacte tempel genaamd Tempel E is de moeite waard. Een imposante constructie. Daarachter ligt een tempel waarbij je vooral de vormen van de stenen kunt zien. Je kunt nog met elektrische golfkarretjes naar een deel van het park langs de kust, maar dat laat ik maar. Selinunte was een bondgenootschap met Carthago aangegaan, maar heeft toen Segesta (zie later tijdens deze reis) aangevallen, eveneens een bondgenoot van de Carthagers. Daardoor werd de verhouding op het spel gezet. Rivaal Segesta probeerde Selinunte samen met de Carhagers van de kaart te vegen. Aardbevingen hielpen ook niet mee om de stad te bewaren. Aan het einde van de middag kom ik bij mijn B&B. Een rustige locatie in het evenzo rustige dorp. Wanneer ik aanbel hoor ik een kleintje via een intercom. Maria, de geblondeerde eigenaresse, woont in een rode bungalow aan de overkant. Ze heeft een kind van vijf jaar en één van acht maanden. Een vrolijke dame die binnen korte tijd veel informatie uit weet te wisselen. Haar Engels valt reuze mee, haar verontschuldiging daarvoor zijn niet nodig. Vrijdag 13 oktober. Weer pas om half negen ontbijt. Maar wat voor een ontbijt?! fantastisch gepresenteerd (!) en de gastvrouw is weer zeer spraakzaam. Ze werkt negen maanden achter elkaar en heeft van december tot maart vrij. De lente en herfst zijn volgens haar de beste seizoenen hier. Ik eet veel meer dan de bedoeling is, want ben bang dat er anders veel overblijft. Zo zonde zou dat zijn. Bij de oprit naar de hoofdweg zitten twee Afrikaanse hoertjes onder boompjes. Zo vroeg al. Torre di Nubia Vlak voor Trapani haalt de carabinieri een fietsende Afrikaan van de snelweg. Bij Trapani ga ik langs de kust een stukje naar het zuiden, naar Torre di Nubia en het naastgelegen zoutmuseum. Daarna doe ik Inkopen bij een Lidl. Erice Vervolgens loopt de route via één van de steilste en smalste beklimmingen ooit naar Erice. Daar staat een man klaar om me voor het dorp te laten parkeren, maar boven is genoeg parkeerruimte en parkeerautomaten, die volgens mij alleen van mei tot en met september gelden. Ik doe een korte wandeling door het ietwat teleurstellende dorpje. De locatie is mooier dan de inhoud. Erice zou gesticht zijn door de mythische Eryx, zoon van Venus en Butex. Met de auto kan ik vervolgens verder door en om het dorp. Aan de noordzijde van de berg blijkt een veel beter weg te lopen. Kort voor mijn eindbestemming van vandaag pauzeer ik bij een mooi en ruim stuk strand links van de weg. Er zijn ook mooi geërodeerde rotsen die het een extra fotogenieke plek maken. San Vito Lo Capo Dan nog een klein stukje naar San Vito Lo Capo. Het eindpunt van de weg na het dorp komt uit bij een eenvoudige vuurtoren. Ik loop een stuk langs en over het bijzonder aardige strand. Op de achtergrond flinke fotogenieke rotsbergen. Opvallend hoeveel Afrikaanse en Bengaalse of Singalese straatverkopers. Aan het einde van de middag zoek ik mijn B&B op. Deze eigenaresse is veel minder spraakzaam en kijkt een beetje nors. Maar dat kan ook aan haar gebrekkige Engels liggen. In het centrum van rechte straatjes is een klimfestival. In de Deco supermarkt haal ik nog een fles water. Zaterdag 14 oktober. Om acht uur ontbijt op een mooi binnenplaatsje. Helaas erg zoet en geen fruit. Misschien had ik dat aan het achterwerk van de bazin kunnen zien. Ze glimlacht vanmorgen wel. Ze wil graag cash, maar met Visa betalen lukt gelukkig ook. De route binnendoor naar Segesta gaat af en toe over zeer slechte stukken weg met verraderlijke bobbels. Voordeel is weinig verkeer en onderweg kom ik een herder tegen. Segesta Bij Segesta is het onduidelijk waar ik kan parkeren. Het dichtst bij de ingang is alleen voor personeel een groep motorfietsen. Dan maar een stukje verderop langs de weg. Entree is euro 6. Eerst rechts naar de gave tempel, met wat metalen steunen. Dan via een steil asfaltweggetje naar links naar het theater. Ruim een kilometer stijgen, sommige stukken kun je afsnijden. Er gaat ook een busje omhoog, maar ik loop liever. Onderweg en bij het theater zijn mooie uitzichten. De inwoners van Segesta waren ´barbaren´ en dus geen Grieken. Hun cultuur was Helleens getint. Ze gebruikten hetzelfde alfabet, maar spraken een andere taal. Corleone In eerste instantie kom ik over goede wegen, maar het laatste stuk naar Corleone is weer slecht, met af en toe veel bobbels en gaten. Komt dit door landbouwvoertuigen, slecht asfalteren, of gaat het geld voor wegen in de zakken van maffiabazen. Dat laatste zou me niks verbazen. In Corleone zelf is het een dwaling van kronkelende straatjes, soms één richting. Weinig winkels zijn open. Ik rijd door het stadje. Vanaf de andere kant is de ligging mooi te zien. Mooi van buiten, maar een beetje rot van binnen. Met weinig fantasie is het wel voor te stellen dat de maffia hier wortels heeft. Cefalù Dan afzakken naar de kust. Daar staat Catania al op de borden. Onderweg naar Cefalù stop ik nog een keer om boodschappen te doen bij een Conad. Rond vier uur check ik in bij het hotel, dat via een smal en bochtig bergweggetje, een stukje buiten het centrum ligt, aan de zuidkant van het spoor. Ze hebben ook een mooi zwembad, maar daar heb ik helaas geen tijd voor. Ik ga direct op pad, langs de boulevard naar het historische en toeristische centrum. Naar het beroemde plaatje: want dit stadje is een juweeltje met een bijzondere uitstraling! Zondag 15 oktober. Dit keer is eerder ontbijten mogelijk. Een fijn buffet in een grotere ontbijtzaal. Vandaag de laatste dag van mijn herfstreisje. Om te beginnen een rit van twee uur terug naar Catania. Ter hoogte van Enna vul ik voor de zekerheid de tank. Het waarschuwingssignaal is gaan branden en dit is absoluut geen moment om zonder diesel te komen staan. Ik vul 'm overvol in de hoop dat alle streepjes van de meter nog blijven staan wanneer ik 'm inlever. (Dat zal ook lukken.) Bij de Lidl in de buurt van het vliegveld doe ik inkopen voor de lunch. Weiwei en ik zijn hier twee jaar geleden ook geweest. De auto kan mooi onder een afdakje staan. Terugreis Het vliegveld is nog naar een paar minuten rijden. De route naar het inleveren van de auto is een beetje ingewikkeld omdat er nogal veel verhuurders zijn. In de terminal zijn ze nog aan het inchecken voor de vlucht van Transavia naar Amsterdam. Ik moet wachten voor balies 37-38 voor KLM open gaan. Mijn vlucht vertrekt vanaf gate 11. Dit keer wel via een slurf. Het is erg druk en er zijn weinig vrije zitplaatsen in de hal. Het boarden begint om 15:50, we vertrekken om 16:20. Ook dit is een aardig vlucht. Eerst krijgen we pasta met wat te drinken, later cake met drinken. Alles inclusief. Dus beter dan Transavia. En omdat ik vrij laat heb geboekt, was KLM in mijn geval ook goedkoper. Het personeel is volop aanwezig en in een goede stemming. Ik kreeg een beetje de indruk dat ze dit als een plezierreisje beschouwen. De purser maakt veel praatjes met passagiers en de stewardessen hebben geen gemaakte glimlach. Het toestel landt bijna een kwartier voor schema, we mogen naar gate D77. Ik wist niet dat ze zulke hoge nummers op Schiphol hadden. Na het toilet en bagage afhalen, is de eerste optie de trein van 19:57 via Leiden. Ik heb mazzel, want vandaag en morgen is het in Nederland opmerkelijk warm weer door warme zuidelijke lucht als gevolg van de orkaan Ophelia.
    Einde van een mooi herfstreisje met zomers weer. Dit keer heb ik onder andere enkele archeologische parken in het westen bezocht. Altijd interessant, hoewel ik elders al soortgelijke bouwwerken heb gezien. Dus was ik weliswaar wat minder verrast, dit geeft wel een completer beeld van Sicilië na ons bezoek van twee jaar geleden. Misschien was de hoofdzaak ook wel een rondreis met fraai weer, zonder daar een saaie strandvakantie van te maken. Speciale vermeldingen verdienen de B &B Demetra Malophoros in Marinella di Selinunte van Maria en het Belvedère hotel in Cefalù. Conclusie: Sicilië is een zeer aangename bestemming in oktober. Johan (24 november 2017)