Tamara Harp
Bij binnenkomst in haar woonkamer, op de eerste verdieping, zie ik
exorbitante roze met paarse travestietenlaarzen staan. Die heeft ze
bij een carnavalsfeestje in Driebergen gedragen.
*****
In een hoek van mijn slaapkamer staat al jaren een bruinoranje
pauwenstoel. Voor de sier, want ik zit er nooit op. Praktisch gezien
gebruik ik 'm alleen om het dekbed op te leggen wanneer ik het bed
verschoon.
De stoel komt uit Rotterdam. Diane woonde daar bij haar terugkomst in
Nederland bij een vriendin. Daar zag ik dit exotische zitmeubel in de
woonkamer staan en was direct verkocht. Het was een slaapplekkie van
de kat. Kennelijk was ik zo enthousiast dat ik hem wel mee mocht nemen.
Die vriendin had hem van de vuilnis gered. De zitting was kapot.
Hij paste precies in mijn auto.
Die kapotte zitting zat me dwars en ik heb bij een stoffeerder een
mooi, hard zitkussen laten maken. In de stoffenbak met restjes lag
toevallig een grijze lap met een miniem kleurenmotief dat vrijwel
overeenkwam met de verf van de stoel. Al met al is het een zeer
presentabel object geworden, ondanks beschadigingen her en der.
Van vuilnisobject tot kattendroomplek tot slaapkamerdecoratie.
Toch heb ik deze week besloten om hem weg te doen. Ik houd wel
vaker opruimacties. Een echte opruiming zou pas nodig zijn wanneer
ik ga verhuizen. Dat komt er niet van, want ik heb ondanks nadelen
van dit oude pand een schitterend plekje aan de Oude Rijn.
Misschien doe ik dit met een emigratie naar China in gedachten?
Enfin, ik plaats een advertentie op Marktplaats. Zou er een koper
zijn voor zoiets?
Ondanks de kosten voor het op maat gemaakte en gestoffeerde
zitkussen, besluit ik om er maar geen geld voor te vragen. Alleen
wanneer een belangstellende wil dat ik hem kom brengen, dan zou ik
graag een kleine vergoeding ontvangen. Dat zet ik in de advertentie.
En de beschadigingen vermeld ik ook.
's Avonds heb ik al een reactie.
Van Tamara Harp.
Ze mailt dat ze hem graag wil hebben!
Ik mail haar mijn adres en telefoonnummer en vraag: hoe en wanneer?
Ze belt me de volgende avond. Ik hoor een geheel andere achternaam.
Geen "Harp" in ieder geval, maar iets Joegoslavisch lijkend.
Tamara zegt dat ze geen auto en rijbewijs heeft en wil graag dat ik
de pauwenstoel breng.
Ze moet zelf maar aangeven wat ze mij daar voor wil geven.
"Tien euro?"
Dat vind ik prima. Morgenavond rond acht uur zal ik langskomen.
Met stofzuiger, groene zeep en een deels natte theedoek probeer ik
de stoel een beetje schoon te krijgen. Lastig met rotan.
Zaterdagavond.
Ik doe de pauwenstoel achter in mijn auto en rijd na een korte
blik op GoogleMaps in één keer naar het doorgegeven adres in Zeist.
Eerder deze week was ik ook al in Zeist. En het eerste kantoor
van mijn werkgever zat hier. Ik kom daar weer langs.
Zeist was ook mijn eerste tijdelijke woonplaats na de emigratie uit
Friesland. Ik heb bijzondere - mooie en minder mooie - herinneringen
aan deze plaats. Maar het voert te ver om daar nu over uit te wijden.
Ik kom in een doodlopende straat met maisonnettewoningen en carports.
En bel aan bij nummer 88.
Een lange, donkerharige jonge vrouw met een vrolijke uitstraling
opent de deur. Ze is gekleed in een strakke broek en wijde blouse.
Een verrassing, zo’n fysieke verschijning.
Tamara is enthousiast. Ze lacht een beetje vreemd, en beweegt wat
onhandig met haar lange handen. Afgetekende aders. Lange vingers.
We lopen naar mijn auto. Ze blijft enthousiast wanneer ze de stoel
ziet. Ze wil hem dus, ondanks de schade.
Samen dragen we de stoel naar binnen. Binnen vraagt ze bezorgd of
ik de auto wel heb afgesloten?
"Och, er zit niks van waarde in."
De stoel krijgt een plekje in de benedenkamer, die behoorlijk vol is.
Ze verontschuldigt zich voor de chaos die er heerst. Ik zie diverse
meubels, een piano en voor mij onbekende snaarinstrumenten; gemaakt
in het Utrechtse Atelier voor Muziek en Ambacht.
En een stoel die plaats zal maken voor de nieuwe aanwinst.
Ze laat me een boekje zien met pianomuziek. Klassiek.
Of ik een muziekinstrument bespeel?
"Nee."
"Van deze bank kun je een bed maken."
Ze buigt voorover om iets van het uitschuiven te demonstreren.
Of ik wat wil drinken?
"Jazeker! Ik heb nasi gegeten en ondertussen wel dorst."
We gaan naar boven.
Ze zet de instrumentale muziek wat zachter.
Veel van wat er in haar huis staat, komt van Marktplaats of uit
kringloopwinkels, vertelt ze. Ze heeft onlangs langs de Oude Rijn
gewandeld en is ook in de kringloopwinkel van mijn woonplaats geweest.
"Op een industrieterrein", voegt ze daar lachend aan toe.
Die vreemde lach weer.
Ik lach mee.
"Ik heb daar wel eens wat gebracht", zeg ik.
Ook de hippiekleding die ze nu draagt, komt uit kringloopwinkels.
In de advertentie had ik gezet dat de haler een stationwagen moest
hebben. Het had even geduurd voor tot haar doordrong wat dat
was: station, wagen, een treinwagen? Oooh!
Op tafels, bank, stoelen en vloer ligt van alles.
Er is nog net een plekje op de bank waar ik kan zitten. Zelf neemt
ze plaats op een ergonomische bureaustoel. Vast van Marktplaats.
Tamara heeft in een werkplaats gewerkt waar snaarinstrumenten worden
gemaakt. Ze vraagt of ik interesse heb om daar iets van te zien en
geeft me na mijn instemming een fotoalbum. Voorin zit een briefje
geplakt waarin ik lees dat ze uit 1974 komt. Ik zeg dat ik een jaar
ouder ben. Met lang haar vind ik haar veel mooier. Ze ziet er nu
veel gelukkiger uit dan op de foto's. Maar dat zeg ik niet.
Ik zeg haar dat ze een hele mooie vrouw is.
Nu lacht ze verlegen.
Tamara dus. Op z’n Joegoslavisch uitgesproken. Servisch of Kroatisch,
dat kan ze niet zeggen. Haar vader komt ‘daar’ vandaan. Haar moeder
is Nederlandse. Tamara is de oudste uit een gezin van vijf kinderen.
Ze is soms warrig in wat ze vertelt. Een zekere Ferdinand, die uit
de lucht komt vallen, blijkt haar stiefvader te zijn. Die heeft ook
nog twee kinderen. Haar zusje Natasha is ziek en woont bij haar moeder.
Ik vraag wat er met haar zusje is.
"Wil je dat weten? Maar dat is een héél lang verhaal!"
Een ander zusje heet Katinka. En ze noemt de namen van de rest.
Wanneer de cd is afgelopen, start ze hem opnieuw.
Ze is zeer spraakzaam en opgewekt. Ook in haar hoofd is het een
beetje een chaos. Haar tuin en interieur gaven dat al aan.
Ze heeft heel veel moeite om de dag in te delen. ’s Avonds is ze
vaak uren bezig om schema’s te maken.
De tuin kan niet hardhandig worden aangepakt, want bomen zijn
ook levende wezens. "Misschien kunnen ze worden verplant?"
En de kozijnen wil ze zo graag verven.
Het is lastig voor haar om op tijd naar bed te gaan en nog
problematischer om op te staan.
Beschaamd vertelt ze dat ze soms pas tegen elf uur op haar werk komt.
Ze heeft een uitkering, werkt halve dagen, en krijgt hulp om voor
een beetje orde in haar leven en huishouding te zorgen. Om de dag
kookt ze. En ze eet één keer per week mee in "het eetcafé".
Wanneer ik zeg dat ik het net als haar heerlijk vind om alleen thuis
te zijn en alleen te reizen, vraagt ze of ik soms óók autistisch ben?
Ik moet lachen: "Och ja..., een beetje wel."
Hoe ik het geld wil hebben?
"Twee briefjes van vijf of kleiner? Of een briefje van tien?"
"Dat maakt mij niks uit."
Ze haalt een briefje van tien uit haar portemonnee.
Het voelt een beetje ongemakkelijk dat ik geld krijg van iemand
die van een uitkering leeft.
En met de pauwenstoel breng ik nog meer chaos in de chaos.
Na mijn enthousiaste bewondering bij binnenkomst, wil ze nog wel even
demonstreren hoe ze op de laarzen met die gigantische hakken loopt.
Ik help haar met het sluiten van gordijnen bij de keukentafel.
Op de deur van de koelkast zie ik het schema van deze week hangen.
Er staat heel weinig op.
Het alarm van haar telefoon gaat net af.
"Dat helpt me er aan herinneren dat ik moet gaan slapen."
Ondertussen heeft ze de laarzen aangetrokken.
"Wat jammer dat ik geen fotocamera bij me heb!"
Ze zegt dat ze zelf geen camera heeft.
Dan lacht ze weer en loopt onhandig op en neer door de woonruimte.
"Wil jij ze ook even proberen?"
Johan (15 augustus 2010)