Kamer met uitzicht
    5 juli 1998, Holland Amerika kade
    door Michaël Zeeman
    
    
    John Banville, 1945 Ierland In zekere zin is elk boek een vervolg op vorige boeken. Anthony Blunt van de werkelijk bestaand hebbende spiongroep. Prachtleven van die lieden. Ze kwamen uit de upper class, hadden 'n geweldige opleiding genoten en leefden in 't hart van de Engelse society. Ze dronken liters champagne, bedreven de liefde zo veel als ze wilden en tegelijk konden ze zeggen: we zijn serieuze mensen. We leven in 'n geheime, serieuze andere wereld, en hangen 'n ideologie aan. Zo zouden we allemaal willen leven. Frivool aan de oppervlakte, maar daaronder 'n belangrijke missie. Die mensen fascineerden mij. En in feite hebben kunstenaars, schrijvers hetzelfde imago. Schrijvers zijn tot op zekere hoogte spionnen. Schrijvers zijn niet helemaal menselijk. Een deel van hun geest denkt aan andere zaken. Net als spionnen. Maar de kunstenaar stelt zich als doel om zich iets te verbeelden met zo'n hartstocht en doelgerichtheid tot datgene tot leven komt. Kunst faalt altijd omdat je naar perfectie streeft en dat is nu eenmaal onmogelijk. Als het helemaal goed was zou je nooit meer schrijven. Op de vraag waarom ze zoveel schreef, zei Iris Murdoch: Ik hoop dat het volgende de vorige zal goedmaken. En Beckett zei: Te falen en steeds weer beter te falen... Dat is waar de kunstenaar zich mee bezighoudt. Ik vind ze allemaal verschrikkelijk. Ik fantaseer wel eens dat ik langs een boekwinkel loop en met m'n vingers knip en al m'n boeken blanco zijn. Dan kan ik opnieuw beginnen. Dat willen alle kunstenaars. Het is niet m'n beste boek (Newton's brief), maar ik ben er 't meest tevreden over omdat het 't dichtst bij mijn doelstelling kwam. Woorden zijn zo verraderlijk. Je begint met 'n bepaald idee, 'n bepaald beeld maar de woorden veranderen alles weer en brengen je van je pad af. Dat is ook weer het mooie ervan. M.Z.: ..zijn als een soort biecht geschreven. Ik ben dankbaar voor m'n katholieke opvoeding vanwege het enorme schuldgevoel dat onmiskenbaar is voor 'n kunstenaar. We zitten vast in ons zelf. We kunnen niet achter onze ogen vandaan komen. De verteller zit er telkens weer helemaal naast. Dat bevalt me wel. Een mooi beeld van menselijk leven. Verveling, of de angst voor verveling, is een van de grote menselijke drijfveren. Dat wordt onderschat. De mensen zijn overal toe bereid om zich niet te vervelen. Een schilderij stelen, oorlog voeren, spioneren. Boeken schrijven is ook zoiets.
    Graham Swift, 1945 Engeland M.Z.: Uw boeken gaan over 'n categorie mensen die gewoonlijk slechts 'n bescheiden rol spelen. G.S.: Ik ben geneigd om in de ik-vorm te schrijven. Om welk personage het ook gaat. Als ik over ze schrijf, voel ik me erg met ze verwant. Maar ik ben ze niet. Het zijn mijn personages. Op die manier kom je ook makkelijk in het innerlijke van het personage. Onder andere daarom schrijf ik fictie, schrijf ik romans. Dat is de uitdaging. Dat je als schrijver de ervaringen van anderen probeert te beleven. En je hoopt dat na jou de lezer dat zal doen. Je merkt dat die andere persoon die psychisch anders in elkaar zit, iets met jou gemeen heeft. Personen die die taal niet beheersen, verstoppen zich minder. En dat vond ik heel bevrijdend. Die directheid. Zonder intellectuele bagage. Ik vertrouw, meer dan u, op intuïtie. Ik doe weinig research. Elke roman bevat wel feiten die onderzocht moeten worden. Meestal schrijf ik eerst en doe ik onderzoek na afloop. Wat niet logisch is. En soms laat ik dingen open waar ik dan later onderzoek naar doe. Als ik klaar ben, controleer ik dingen. Als blijkt dat iets niet geheel overeenkomt hoe ik 't me had voorgesteld zit ik daar niet zo mee. Hoofdzaak is de verbeelding. Ik wantrouw de intellectuele benadering van het verhalen vertellen. Ik heb 't niet zo op 't analyseren van verhalen vertellen. Het is wat 't is. Een verhaal is 'n verhaal. Een ervaring. Iets dat je meesleept, dat zich laat voelen. En het leeft. Als je 'n goede roman hebt gelezen heb je 't gevoel dat je echt iets beleefd hebt. Je hebt iets ervaren wat lijkt op 'n echte ervaring. Dat kun je niet analyseren. Ik vond en vind nog dat het verhaal het belangrijkste is. Het gaat om menselijke interactie (drama). De omgeving is secundair. Romans spelen nu eenmaal ergens. Maar bij Waterland bleek 't 'n enorm effect te hebben op 't verhaal, op de roman als geheel. Als ik 'n roman lees die ergens speelt waar ik nooit ben geweest en er staan verwijzingen in naar die plaats die mij niets zeggen en aan me voorbij gaan dan geven ze me toch het gevoel dat het authentiek is. Inleven gaat over in medeleven (sympathy) en vervolgens in mededogen (compassion). Maar een van de dingen die je met fictie kunt doen is ons er allemaal aan herinneren dat als mensen bepaalde dingen niet zeggen dat niet betekent dat ze bepaalde dingen niet denken. Als je als schrijver de gedachten en gevoelens toont die het personage uit dan bewijs je ze daarmee 'n dienst.
    Kamer met uitzicht 12 juli 1998, Holland Amerika kade door Michaël Zeeman
    Max Sebald 1944 D, maar sinds z'n 21ste CH en UK De keerzijde van melancholie is ironie. Soms moet je nu eenmaal lachen om je eigen ellende. Het zijn twee elkaar aanvullende stemmingen. De een kan niet zonder de andere. M.Z.: Hoe belangrijk is het om de ironie te cultiveren? Je kunt niet zonder. Als je, zoals ik, melancholiek of zelf enigszins depressief van aard bent dan heb je het nodig om te overleven. Als je dan ook nog schrijver bent dan heb je ironie nodig om je lezers aan je te binden. Iets dat alleen maar melancholiek is, is niet te pruimen. Dat wil niemand lezen. Het feit dat ik al geruime tijd niet meer in een Duitssprekend land woon, al meer dan dertig jaar, een zekere invloed moet hebben op mijn manier van schrijven. Maar ik heb gelukkig nooit de nieuwste modewoorden hoeven kennen. M.Z.: Je taal blijft zuiverder. Lichtenberg zei: Je moet 'n tijdje je land uit om in je taal te kunnen schrijven, Hij heeft gelijk. Je staat altijd enorm onder druk om op de hoogte te zijn van de laatste mode.
    Péter Nádas Herinneren is een ongelooflijk ingewikkeld proces. Het pure herinneren dat bestaat niet. Als je je iets herinnert, schakel je je fantasie in om je te beschermen tegen 't verleden of om jezelf andere mogelijkheden voor ogen te stellen die in plaats van 't verleden zouden zijn gekomen of hadden moeten komen. Als je je iets herinnert, probeer je dus altijd jezelf voor te liegen. Dat kan ook positief zijn. Literatuur is lineair. Dat is 't grootste probleem van de literatuur nu. Mensen denken en handelen niet meer lineair. Ze willen niet meer lineair leven. De computer past tegenwoordig bij de structuur en de complexiteit van 't dagelijks leven. Door parallellen te laten zien. Wat verleden tijd is leeft nu ook nog.