Thomas Rosenboom
    
    
    Publieke Werken (2000) Een internetvriend adviseerde mij om Publieke Werken te lezen. Ik heb het boek minstens vijf keer in handen gehad voor ik het uiteindelijk kocht, en de tekst op de achterkant iedere keer gelezen. Om het vervolgens weer terug te leggen; bang dat ik me niet zou kunnen identificeren met een apotheker of vioolbouwer in een zich in 1888 spelend verhaal. Anderzijds had ik als voorproefje bijzonder genoten van het door Rosenboom geschreven boekenweekgeschenk uit 2004, de novelle Spitzen. Maar met de tango had ik immers ook al niks. En zo komt het dat op 6 februari 2006 Publieke Werken het enige leesboek in mijn koffer is. Waarschijnlijk dik genoeg - 488 bladzijden - om de 6-weekse rondreis mee door te komen. In het begin ben ik er weinig aan toe gekomen. In het vliegtuig had ik gewoon geen zin in lezen. Uiteindelijk heb ik vooral op de campgrounds van Ayers Rock en Katherine Gorge flink wat uren in Publieke Werken doorgebracht, en geregeld mijn vader deelgenoot gemaakt van dit leesavontuur. Het aardige toeval is dat er in het boek sprake is van een apotheek met de naam "De Twaalf Apostelen". Aan de zuidkust van Australië is namelijk een natuurverschijnsel langs The Great Ocean Road met diezelfde naam. En ".. het in melk opgelost nieskruid te gebruiken voor het verdelgen van vliegen", deed me glimlachen aangezien we in centraal Australië belaagd werden door die insecten. Op de voorzijde van het boek staat een foto van de situatie van voor de bouw van het Amsterdamse Victoria Hotel - tegenover het centraal station. Bij een eerstvolgend bezoek aan Amsterdam zal ik vanaf het station met bijzondere aandacht de gevel van het hotel bestuderen. "In de figuur op de hoektoren heeft u Atlas herkend. Ik kan daar nog aan toevoegen dat de hemelbol op zijn schouders 's avonds elektrisch zal zijn verlicht - u moet kortom denken aan een zeer exclusief hotel, zéér exclusief..." Ik ben tijdens de reis op tweederde van het boek gekomen; in de weken erna heb ik 't spoedig uitgelezen. Daarna de commentaren in nl.kunst.literatuur nog eens doorgenomen. Het zijn inderdaad wel wat rare figuren, de hoofdpersonen, zoals iemand in die nieuwsgroep opmerkt. Maar naast kortzichtig, neurotisch, masochistisch (ad extremum), ook boeiend. Af en toe wil je als lezer ingrijpen! "Jawel, jawel, je kunt mij gerust een kleurrijk figuur noemen. [..] Ik moet nu gaan, zei hij, bevreesd ineens dat hij door te lang te blijven de kennismaking alsnog bederven zou." ".. al zijn kracht was nodig geweest om die ene, prangende kwestie op te schorten naar nu, het goede moment waarop hij vanaf aankomst al popelend moest hebben gewacht, steeds benauwder, alsof hij er onder water naartoe had moeten zwemmen; berstend bovenkomend had hij zich met zijn dubbel herhaalde vraag berstensvoller nog met lucht gezogen, maar nu was eindelijk dan het peilloos diepe, welzalige uitademen begonnen, het heerlijk laten lopen van het overvolle gemoed." Een uitermate bewonderswaardige prestatie van Rosenboom om een ouderwetse schrijfstijl te hanteren. Je krijgt als lezer de indruk dat het een in het begin van de vorige eeuw geschreven roman is. Ik las ergens dat Rosenboom een maniakale methode van schrijven heeft. Hij leeft dan onder een zichzelf opgelegd leefpatroon - ondermeer iedere dag chili con carne. Een uitstekende leestip! De gevel van Hotel Victoria, Amsterdam, augustus 2006 De gevel van Hotel Victoria, Amsterdam, augustus 2006