Onder professoren (1975)
    Met 425 bladzijden één van de omvangrijkste romans van Hermans. Hoofdpersoon is professor doctor Rufus Dingelam. "Met een nawoord van Prof. Dr. B.J.O Zomerplaag, hoogleraar in de vergelijkde literatuurwetenschap." Wat is vergelijkde?
    Het begin al lekker, op de eerste bladzijde staat: "Professor Doctorandus Knellis Tamstra, een man die nooit hoogleraar had mogen worden." p.15 "Ambities opna hield" (moet zijn: op na hield) "Hoogleraar, wat betekend dat? Heb je daar wel eens over nagedacht? Het betekent jaar in jaar uit de bekende weg te wijzen aan een publiek dat grotendeels helemaal niet zo nieuwsgierige is naar die weg." (Dingelam wint de Nobelprijs) "Wat met het geld doen? Het liefste zou hij er een particulier laboratorium mee oprichten. Helemaal onafhankelijk zijn van de universiteit, de collega’s, de wetenschappelijke ambtenaren en de studenten. Niet meer college geven en niet meer dat gezanik over het feit dat hij zo weinig mogelijk vergaderingen bijwoonde... (of hij niet meer recht had op zijn salaris als hij zijn tijd beter besteedde, godverdomme!...) "Tamstra, die heeft tenminste nog de necrologie van Koning geschreven. Vol met stroop en stijlfouten." "Gerookte paling! Ja, dat was nou es precies waar hij op dit ogenblik naar verlangde..." Zijn vrouw Gré: "Altijd heb je kritiek! Alsof ik een imbeciel ben of een klein kind. Nooit ben je tevreden, nooit!" "Eenzaam als Robinson Crusoe met zijn papegaai op z’n eiland, was hij." "[..] die ambtelijke molens, die malen veel te langzaam. Als ambtenaren nou es mensen waren met een beetje visie, zeg maar, met een beetje durf in hun donder." p.62 "Een schrijver, Harry Mulisch, [..]" "De taalbarrière speelt natuurlijk ook een rol [..] het probleem waarom Nederlandse schrijvers nooit beroemd worden over de grenzen." "Ongering hield zijn ogen gevestigd op haar billen, die zelfs in haar strakke blue jeans een voor zijn smaak wat slappe indruk maakten. Billen konden hem nooit klein en hard genoeg zijn." "[..] op mijn analytische divan [..] Alles zullen ze bekennen: dat god een ezel is die zich anaal gebruiken laat, orale seksuele relaties met de Heilige Maagd [..]" p.95 "Mij docht [..]" "[..] het gaat er niet om bij een actie dat je je zin krijgt. Het is veel nuttiger dat je je zin niet krijgt. Veel werkbaarder, zeg maar. Want dan ziet de massa beter hoe afschuwelijk sterk de tegenkrachten zijn die overwonnen moeten worden." p.107 "de konkrete situaatsie" p.114 en 149 "aksie" "Alles gaat zo snel in onze tijd. Straks is iedereen doctorandus, met als gevolg dat eigenlijk niemand meer precies zal weten wat dat is, een doctorandus." p.127 "sekssjop" "de middelmatigste met de brutaalste praatjes krijgen dan de invloedrijkste posities" "De manier waarop het geld aan de universiteiten werd opgemaakt, was een schande. Maar wat ertegen te doen?" "Eigenlijk werd je smaak vergiftigd door zo’n blad als Playboy." "De beslissingen werden toch achteraf genomen (onder vier ogen), wanneer ze tenminste niet, zoals meestal, van tevoren vaststonden." p.180 "Marcuse heeft zonder aarzeling alle implikaties van zijn konsepten geaksepteerd." "Seks op middelbare leeftijd.. Meestal in de weekends en vooral wanneer het buiten winderig en regenachtig was [..]" "Avenue, ze plaatsen in elk nummer altijd een stuk van een of andere echte grote schrijver. Die lees ik van A tot Z." "Omdat ze zelf met hun stomme boerenkoppen niet presteren, gunnen ze ook een ander zijn succes niet." "Het lag Dingelam op de lippen te vertellen dat hij Tamstra stomdronken in een seksclub had aangetroffen, maar omdat hij dan ook zou moeten uitleggen hoe hijzelf daar verzeild was geraakt, hield hij zijn mond maar." "Ik had in het begin helemaal niet die banale vooroordelen die de rest van Nederland tegen de Groningers heeft, maar ik kom meer en meer tot de ontdekking dat het helemaal geen vooroordelen zijn." "Een echte Friese familie. Dat zijn sympathieke mensen. Mensen van vlees en bloed, mensen met emoties waar ze rond voor uitkomen, niet van die schijnheilige broeiers als de Groningers." "Wat een hoofd, dacht Dingelam. Zo mooi. Maar gevuld met zaagsel, of beter houtslijp, verkregen door een op houthoudend papier gedrukte editie van Das Kapital fijn te malen in een mallemolen en het zo verkregen produkt lepel voor lepel naar binnen te werken." "Ik zit uitstekend waar ik zit. Het enige wat ik zou willen is mijn oude kamer terug, een eigen budget en geen gedonder aan mijn kop over vergaderingen. Dat is alles." Uit het nawoord: "Een Groningse geleerde zei eens tegen Hermans over een andere Groningse geleerde die bang was dat Hermans nog eens een roman over hem zou schrijven: Wat denkt hij wel! Die man is zo saai, daar kan zelfs jij geen roman over schrijven." "[..] het boek werd (in klad) geheel geschreven op de blanco achterzijden van gestencilde universitaire mededelingen: nota’s, discussienota’s, convocaties, programma’s, preadviezen, voorlopige preadviezen, voorlopige programma’s, verkenningen, voorlopige verkenningen, rondschrijvens, en zo voorts, en zo verder." Johan (2 oktober 2010)